Leesvaardigheid 1h(v) - periode 1 les 3 + 4 - onderwerp

Leesvaardigheid
les 3 + les 4

Onderwerp

1 / 35
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Leesvaardigheid
les 3 + les 4

Onderwerp

Slide 1 - Slide

LESDOEL:
Aan het einde van deze les weet je: 
* wat het onderwerp is van een tekst 

Programma
Nieuwe theorie                                 15 min         
Aan de slag                                        25 min  
Afsluiter   

Slide 2 - Slide

Taak 1 ingeleverd & nagekeken?

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog over het tekstdoel: 'overtuigen'?

Slide 4 - Open question

Het onderwerp van een tekst

Slide 5 - Mind map

Iets nieuws leren
Het onderwerp van een tekst 
Wat weet jij?

Slide 6 - Slide

Het onderwerp van de tekst
1. Lees de tekst volgens stap 1 van het stappenplan (oriënterend lezen). 
2. Bepaal het onderwerp van een tekst 

→ waar gaat de tekst over in een of enkele woorden
      (nooit een volledige zin!)
→ Wees zo specifiek mogelijk als dat je kunt zijn in een of
     enkele woorden
→ Handig! Soms is de titel ook het onderwerp. 

make notes! 

Slide 7 - Slide

Even samen proberen...

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Slide 10 - Link

En nu jij...
Wat is het onderwerp van het volgende nieuwsbericht? 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Wat is het onderwerp?

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Link

Wat is het onderwerp?

Slide 15 - Open question

En dan nu de kernzin... 

Slide 16 - Slide

En dan nu de kernzin... 
  • Een kernzin is de belangrijkste zin in de alinea
  • Staat alle informatie in
  • Meestal de eerste of de tweede zin en soms de laatste zin     van de alinea
  • Soms moet je hem zelf maken
  • De rest van de alinea is toelichting/voorbeeld

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Even oefenen...

Slide 19 - Slide

Welke zin is de kernzin? 
zin 1 / zin 2 / zin 3 / zin 4

Edwin Minnee uit Katwijk aan Zee heeft een grote strik opgehangen aan zijn deur om de eerste dag na de lockdown te vieren. "Ik ben zo blij dat we weer open mogen. De sluiting voelde als liefdesverdriet en het voelt heerlijk om mensen weer gelukkig te maken. Dat is tenslotte mijn vak."

Slide 20 - Slide

Welke zin was de kernzin?
A
zin 1
B
zin 2
C
zin 3
D
zin 4

Slide 21 - Quiz

Welke zin is de kernzin?
Zin 1, 2, 3 of 4?


Wat maakt het Naardermeer zo bijzonder? Er broeden zo’n 75 soorten vogels. Sommige, zoals het baardmannetje en de grote karekiet, zijn sterk in aantal afgenomen. In het algemeen is het aantal soorten moerasvogels afgenomen en het aantal soorten bosvogels toegenomen. Dit komt voornamelijk door verdroging, verruiging en het ouder worden van het bos. Roerdomp en lepelaar zijn sinds 1984 respectievelijk 1989 niet meer als broedvogel waargenomen.

Slide 22 - Slide

Welke zin was de kernzin?
A
zin 1
B
zin 2
C
zin 3
D
zin 4

Slide 23 - Quiz

Welke zin is de kernzin?
zin 1, 2, 3 of 4? 

De ene na de andere kapper valt om. Een van die kappers is bijvoorbeeld Manu, hij heeft sinds 2010 een eigen kapperszaak in Leiden. Door een burn-out twee jaar geleden, stond hij er financieel al niet al te best voor. Daardoor kon hij deze klap niet opvangen. 

Slide 24 - Slide

Welke zin was de kernzin?
A
zin 1
B
zin 2
C
zin 3
D
zin 4

Slide 25 - Quiz

Onderwerp: School later beginnen
Deelonderwerp:
Het probleem
Deelonderwerp:
Voordelen vroeg beginnen
Deelonderwerp:
Leerlingen aan het woord
Middenstuk: 
Alinea 3
Alinea 4
Alinea 2

Slide 26 - Slide

Klaar met mondkapjes
Alinea 2: 
Het probleem
Alinea 3: Voordelen 
Alinea 4: Leerlingen a/het woord
Alinea 1: lead (inleiding)

Slide 27 - Slide

Laatste tips
Hoe weet je wat het onderwerp is? 
  • Oriënterend lezen!
  • Wees zo specifiek mogelijk in een of enkele woorden.
  • Gebruik de kernwoorden (= belangrijkste woorden uit de tekst!) 

Slide 28 - Slide





Hulp:
Document theorie
Klasgenoot
Docent 

HOE:
Eerste 5-10 minuten in stilte, daarna zachtjes fluisterend overleggen 


RESULTAAT:
Nakijken
Deze week 

Taak 2 

Slide 29 - Slide

Exit-ticket: 'Wat weet je over het onderwerp van een tekst?'

Slide 30 - Open question

LESDOEL:
Aan het einde van deze les weet je: 
* wat het onderwerp is van een tekst 

Programma
Terugblik                                               5 min
Aan de slag                                        40 min  
Afsluiter   

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Link

Wat is het onderwerp?

Slide 33 - Open question





Hulp:
Document theorie
Klasgenoot
Docent 

HOE:
Eerste 5-10 minuten in stilte, daarna zachtjes fluisterend overleggen 


RESULTAAT:
Inleveren Classroom vóór begin volgende week  

Deze week 

Taak 2 

Slide 34 - Slide

Exit-ticket: welke tekstdoelen ken je?

Slide 35 - Open question