Examentraining KLASS (1) laatste lessen voor het examen

1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Tijd

Slide 2 - Slide

Examenonderdelen

A.     4 teksten met bijbehorende vragen

B.      Schrijfopdracht: 1 van de volgende drie:
          - Artikel
          - Zakelijke brief
          - Zakelijke e-mail

Slide 3 - Slide

Zakelijke brief

Slide 4 - Slide

Veel gemaakte fouten
in de zakelijke brief: 

Slide 5 - Slide

Wat moet je in deze zakelijke brief aanpassen?

Slide 6 - Open question

Zakelijke brief - uitleg
Bovenaan de brief
Eigen gegevens
Voluit
Geadresseerde

Slide 7 - Slide

1. Eigen gegevens
2. Plaats, datum -> VOLUIT
3. Geadresseerde
4. Betreft: ... (Hier staat het onderwerp v/d brief)
5. Geachte ..., (Bedenk aan wie je schrijft...wat weet je?)
6. Inleiding 
7. Middenstuk
8. Slot
9. Afsluitende groet
10. Handtekening 
      Naam
11. Bijlage (dit noteer je alleen als je een bijlage mee moet sturen)
Uitwerkbijlage?
Examenboekje

Slide 8 - Slide

Wat gaat hier fout?

Slide 9 - Open question

Belangrijk

Slide 10 - Slide

En wat moet hier nog aangepast worden?

Slide 11 - Open question

Is deze alinea-indeling goed? 

zie volgende
dia...

Slide 12 - Slide

Is de alinea-indeling van de vorige dia goed?
A
Klopt helemaal.
B
Aanleiding mist.
C
Moet 3 alinea's zijn.
D
Witregel moet niet.

Slide 13 - Quiz

Bestudeer de opmaak goed en de indeling.

Slide 14 - Slide

Is deze inhoud en opmaak van de vorige dia goed, of mis je iets ?

Slide 15 - Open question

CITEREN
Citeren = letterlijk een stukje overnemen uit de tekst
Dit kan zijn: een woord, een woordgroep, een zinsdeel, een zin of meerdere zinnen

MOET volgens een vaste regel: 
"Eerste drie woorden ... laatste drie woorden" (regel 1-4)

Slide 16 - Slide

CITEREN (vervolg)
MOET volgens een vaste regel: 
"Eerste drie woorden ... laatste drie woorden" (regel 1-4)

Als je teveel citeert, is je antwoord fout en krijg je geen punten. 

Als je niet volgens de regels citeert, dan kan je antwoord ook fout gerekend worden. 

Slide 17 - Slide

Onderwerp en Hoofdgedachte
Onderwerp: Waar gaat de tekst over? (zo kort mogelijk)
Hoofdgedachte? Wat wil de schrijver jou vertellen/leren over het onderwerp? (een hele zin)

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Hoe weet je welke zin de kernzin van de alinea is?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Verbanden en signaalwoorden
De onderstaande vraag komt ook vaak terug: 
- tip 1:  het gaat dus om een tekstverband;- tip 2: zoek dus in de beginzin van alinea 6 naar een signaalwoord.  Zie ook volgende dia. 

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide