Powercollege 13_de socialisten

PC 13 'De socialisten'


  • teams aan
  • geluid uit
  • camera aan
  • code lessonup invoeren

GO!

timer
5:00
Arbeiders maken een vuist!
1 / 16
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

PC 13 'De socialisten'


  • teams aan
  • geluid uit
  • camera aan
  • code lessonup invoeren

GO!

timer
5:00
Arbeiders maken een vuist!

Slide 1 - Slide

De komst van het socialisme
Leerdoelen:
  • Ik ken het begrip socialisme
  • Ik weet wie het opnamen het voor de arbeiders
  • Ik weet wat vakbonden en politieke partijen zijn
  • Ik ken de afkortingen SDB en SDAP en de namen Marx, Domela-Nieuwenhuis en Troelstra

Slide 2 - Slide

SOCIALE KWESTIE
Het probleem van armoede en de slechte woon- en werkomstandigheden van de arbeiders als gevolg van de industriële revolutie.

Slide 3 - Slide

Wat waren de slechte omstandigheden van de arbeiders?

Slide 4 - Open question

Sociale Kwestie:
slechte woon en werkomstandigheden
  • lage lonen
  • lange werkdagen
  • slechte werkomstandigheden
  • gevaarlijk/ onhygiënisch werk
  • slecht eentonig voedsel/ grote gezinnen
  • hoge kindersterfte
  • kinderarbeid
  • arbeiders wonen in krotten

Slide 5 - Slide

Wie helpt de arbeiders?

- vanaf 'de werkvloer'

  • Sommige fabrikanten gaven de arbeiders wél wat extra's.

   


  • Arbeiders gaan staken: dit werkt alleen als iedereen gaat staken.

  • Arbeiders gaan samenwerken in vakbonden.

Slide 6 - Slide

Wie helpt de arbeiders?

- vanaf 'de werkvloer'

  • Vakbonden: organisatie die opkomt voor de belangen van werknemers.
  • Als je lid was van een vakbond kon je staken: door lidmaatschap was er een kas waaruit je betaald werd, ook als je ziek was.

Slide 7 - Slide

Invoering Sociale wetten
  • Armenwet (1854)
  • 'Kinderwetje van Van Houten' (1874)
  • Leerplichtwet (1900), 
  • Woningwet (1901),
  • Ongevallenwet (1901)


    Slide 8 - Slide

    1874
    Eerste sociale wet: die moest een einde maken aan kinderarbeid. Kinderen onder de 12 mochten niet meer in fabrieken werken.
    Er werd weinig gecontroleerd op kinderarbeid in fabrieken na de wet van 1874. Ook al zou dat wel gebeurd zijn, hoezo was er dan nog steeds geen einde aan kinderarbeid door deze wet?
    1901
    In 1901 werd kinderarbeid echt moeilijker: door de invoering van de leerplicht. Alle kinderen van 6 tot 12 moesten vanaf toen naar school. Dat werd ook gecontroleerd.

    Slide 9 - Slide

    Waarom werden er vakbonden opgericht door de arbeiders?

    Slide 10 - Open question

    Kritiek

    Slide 11 - Slide

    Marx voorspelde vijf fasen van de revolutie:
        Karl Marx (1818-1883)

        1848 boek: Das Kapital

        Onrechtvaardige klassenstrijd tussen rijke en arme burgers

    Ideeën van Marx worden voorgelezen



    Slide 12 - Slide

    Er ontstaan 2 groepen socialisten:
    1. Communisten houden vast aan Marx: willen revolutie.
        Willen de macht grijpen en het voor de arbeiders beter maken.

    2. Socialisten/ sociaal democraten willen algemeen kiesrecht, en dan via het parlement sociale wetten invoeren waardoor arbeiders het beter krijgen.

    => Ze willen hetzelfde, de manier waarop ze het willen bereiken verschilt!

    Slide 13 - Slide

    Twee socialistische partijen
    1881 oprichting SDB (Sociaal Democratische Bond)
    Leider: Domela-Nieuwenhuis
    Doel: Sociale Kwestie aanpakken
    Middel: revolutie

    1894 oprichting SDAP (Sociaal Democratische Arbeiders Partij)
    Leider: Troelstra
    Doel: Sociale Kwestie aanpakken
    Middel: invoering algemeen kiesrecht

    Slide 14 - Slide

    Succes?
    In 1917 werd het Algemeen Kiesrecht voor mannen ingevoerd
    In 1919 mochten ook vrouwen stemmen

    Slide 15 - Slide

    Welke verbeteringen?
    1. oprichting vakbonden
    2. oprichting politieke partijen
    3. invoering sociale wetten

    Slide 16 - Slide