Week 24: Was etiketten

De was doen
Gezonde leefstijl
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

De was doen
Gezonde leefstijl

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les..
  • Kun je was sorteren op kleur
  • Kun je was sorteren op materiaal

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over
was sorteren?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wasgoed sorteer je in wit, gekleurd en donker
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Waar let je op bij wassen?
  • Waslabel controleren
  • Kleurenscheiding
  • Vlekken voorbehandelen
  • De juiste hoeveelheid wasmiddel
  • Niet te vol wassen

Slide 6 - Slide

  • Waslabel controleren: Kijk altijd naar de wasinstructies op het label van het kledingstuk om te weten welke temperatuur en wasmethodes geschikt zijn.
  • Kleurenscheiding: Was witte en lichte kleren apart van donkere en gekleurde kleding om verkleuring te voorkomen.
  • Vlekken voorbehandelen: Behandel vlekken vooraf met een vlekkenverwijderaar om de kans op het volledig verwijderen van de vlek te vergroten.
  • De juiste hoeveelheid wasmiddel: Gebruik niet te veel wasmiddel, omdat dit kan leiden tot zeepresten op de kleren. Volg de aanbevolen dosering.
  • Niet te vol wassen: Zorg ervoor dat de wasmachine niet te vol zit, zodat kleding goed kan bewegen en effectief gewassen wordt.
Temperatuur en wassen
30 graden: kleding die niet al te vies is. Is ook het beste voor het milieu
40 graden: bij vlekken of vieze kleren. Vooral bij bonte was.
60 graden: wasgoed hygiënisch schoon. Vooral handdoeken, beddengoed en vaatdoekjes, maar ook wit ondergoed en babykleertjes.
90 graden: goed om af en toe te doen. Verleng je de levensduur van je wasmachine. Hoge temperatuur voorkomt nesteling van zeepbacteriën, schimmels en vetluis in de wasmachine. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Stappenplan wassen
  1. Bereid het wasgoed voor
  2.  Sorteer het wasgoed volgens de wassymbolen
  3. Let op aanwijzingen voor de handwas
  4.  Bepaal bij wasmachine was of er een voorwas nodig is
  5. Kies het juiste programma
  6. Zorg voor een goede belading
  7. Doseer het wasmiddel volgens de gebruiksaanwijzing
  8.  Laat de was meteen na het wasprogramma drogen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
  • Kies met welke opdracht je van de weektaak start
  • Maak deze zo goed mogelijk
  • Laat controleren & aftekenen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Zijn de lesdoelen behaald?

Aan het einde van de les..
  • Kun je was sorteren op kleur
  • Kun je was sorteren op materiaal

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent dit?
A
boven de 40 graden wassen.
B
Op 40 graden wassen.
C
Onder de 40 graden wassen.
D
Met de hand wassen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Het is beter voor het milieu als..
A
Je veel wasmiddel gebruikt
B
Je weinig wasmiddel gebruikt
C
De wasmachine overvol is
D
De wasmachine niet te veel en niet te weinig was heeft

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wat is goed voor de wasmachine?
A
Een minder volle trommel is goed
B
Een overvolle trommel is goed
C
Een volle trommel is goed

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions