De ogen

Welkom!
Zitten op je eigen plek
Telefoon op stil en in je tas
Boek+schrift/chromebook op tafel
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Zitten op je eigen plek
Telefoon op stil en in je tas
Boek+schrift/chromebook op tafel

Slide 1 - Slide

Basis: Thema 9
Kader: Thema 10
Zintuigen



Het oog

Slide 2 - Slide

Zintuigen
KB
10.1 - Het zintuigenstelsel
10.2 - Tien zintuigen van de mens
10.3 - De ogen
10.4 - De iris en de ooglens
10.5 - Het netvlies
10.6 - De oren
BB
9.1 - Het zintuigenstelsel
9.2 - Zien horen en je evenwicht bewaren
9.3 - Voelen, ruiken en proeven
9.4 - De ogen
9.5 - De oren

Slide 3 - Slide

Doelen van deze les
Basis:
Je kunt uitleggen hoe de ogen beschermd worden
Je kunt de uitwendige delen van een oog noemen met hun functies
Je kunt de inwendige delen van een oog noemen met hun functies
Je kunt de werking van de ogen uitleggen
Kader:
Je kunt beschrijven hoe de pupilreflex de grootte van de pupil regelt
Je kunt beschrijven hoe op het netvlies een scherp beeld ontstaat
Je kunt de bouw en werking van het netvlies beschrijven

Slide 4 - Slide

Buitenkant Oog
Doorsnede oog

Slide 5 - Slide

Accomoderen

Slide 6 - Slide

Bril nodig?
Verziend? 
Dichtbij onscherp, bolle lens +

Bijziend?
Veraf onscherp, holle lens -

Slide 7 - Slide

Pupilreflex
Pupilreflex

Fel licht:



Zwak licht:

Slide 8 - Slide

verdeling staafjes en kegeltjes

Slide 9 - Slide

het netvlies van een oog zit
A
aan de voorkant van het oog
B
in het midden van het oog
C
aan de binnenkant aan de achterkant van het oog
D
loopt van het oog naar de hersenen

Slide 10 - Quiz

Via welk onderdeel van je oog komt het licht in je oog?
A
Iris
B
Pupil
C
Oogwit

Slide 11 - Quiz

Welk onderdeel van het oog zorgt voor de hoeveelheid lichtinval in het oog?
A
Netvlies
B
Pupil
C
Hoornvlies
D
Lens

Slide 12 - Quiz

De gele vlek in je oog is de plaats in het netvlies waar je oogzenuw het oog verlaat
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Het oog kan de lens niet boller krijgen, dus de persoon ziet een object dichtbij niet scherp... Hoe nomen we dit?
A
Een lui oog
B
Een dun oog
C
Een bijziend oog
D
Een verziend oog

Slide 14 - Quiz

In je oog gaat het licht achtereenvolgens door:
A
Pupil - hoornvlies - lens - glasachtig lichaam - netvlies
B
Hoornvlies - lens - pupil - glasachtig lichaam - netvlies
C
Hoornvlies - pupil - lens - glasachtig lichaam - netvlies
D
Hoornvlies - pupil - lens - netvlies - glasachtig lichaam

Slide 15 - Quiz

Vragen?

Slide 16 - Slide

Aan het werk






Basis: 9.4, opgave 1 t/m 8

Kader:
Moeilijk? ->  10.3, opgave 1 t/m 6; 10.4, opgave 1 t/m 7; 10.5 opgave 1 t/m 6
Makkelijk -> 10.3, opgave 5+6; 10.4, opgave 5 t/m7; 10.5, opgave 5+6

Slide 17 - Slide

Vragen?

Slide 18 - Slide

Aan het werk

Slide 19 - Slide