wk 17: les 1 - 18 Verbindingswoorden

Dinsdag 23 april - 2A
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik: 18 Verbindingswoorden
  • Huiswerk bespreken (opdr. 1, 2, 4, 5 blz. 75)
  • Aan de slag!












timer
10:00
1 / 34
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dinsdag 23 april - 2A
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik: 18 Verbindingswoorden
  • Huiswerk bespreken (opdr. 1, 2, 4, 5 blz. 75)
  • Aan de slag!












timer
10:00

Slide 1 - Slide

Deze les ga je...
...verder oefenen met verbindingswoorden/signaalwoorden.

Slide 2 - Slide

Signaalwoorden (blz. 74)

Slide 3 - Slide

Probleemstelling



Opsomming



Ontkenning



Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Aan de slag!
  • Lees de tekst op de volgende slide.
  • Noteer alle signaalwoorden die je tegenkomt op de volgende slide.
  • Daarna noteer je welk verband erbij hoort. 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Noteer het signaalwoord.
We nemen zelf de proef op de som in het centrum van Amsterdam. In ruim een uur is het vijf keer raak in verschillende zaken en souvenirshops. De vapes met smaken worden daar illegaal verkocht en moeten vaak contant worden afgerekend.

Slide 9 - Open question

Bij welk verband hoort 'en'?
A
reden
B
tegenstelling
C
vergelijking
D
opsomming

Slide 10 - Quiz

Noteer het signaalwoord:
Bij de eerste winkel weet de verkoper te vertellen dat we later op de middag terug moeten komen. "Dan krijg ik een nieuwe partij geleverd, maar je moet wel snel zijn. Het gaat vaak hard."

Slide 11 - Open question

Bij welk verband hoort 'maar'?
A
reden
B
tegenstelling
C
vergelijking
D
opsomming

Slide 12 - Quiz

Noteer de 2 signaalwoorden:
De producten zijn voornamelijk afkomstig uit China, zo blijkt als we iets verderop gaan kijken. Ook in deze winkels zijn verschillende soorten vapes met smaakjes te krijgen.

Slide 13 - Open question

Bij welk verband hoort 'zo'?
A
samenvatting
B
voorwaarde
C
vergelijking
D
voorbeeld

Slide 14 - Quiz

Bij welk verband hoort 'en'?
A
reden
B
tegenstelling
C
vergelijking
D
opsomming

Slide 15 - Quiz

Bij welk verband hoort 'ook'?
A
opsomming
B
conclusie
C
middel-doel
D
opsomming

Slide 16 - Quiz

Noteer de 4 signaalwoorden:
We tonen een vape en zeggen dat we die vorige week bij deze winkel hebben gekocht. De verkoper achter de balie aarzelt eerst. "Welk smaakje is dat? Die heb ik niet. Maar ik heb wel andere smaken", zegt hij terwijl hij een gordijn opent waar de producten zijn gestald. Ook hier geldt dat er contant betaald moet worden.

Slide 17 - Open question

Bij welk verband horen 'en' en 'ook'?
A
samenvatting
B
inperking
C
omschrijving
D
opsomming

Slide 18 - Quiz

Bij welk verband hoort 'maar'?
A
samenvatting
B
inperking
C
tegenstelling
D
opsomming

Slide 19 - Quiz

Bij welk verband hoort 'terwijl'?
A
samenvatting
B
tijd
C
tegenstelling
D
opsomming

Slide 20 - Quiz

Noteer de 4 signaalwoorden:
Toch zijn de producten met smaak op allerlei manieren verkrijgbaar. Zo zijn er verschillende Telegram-kanalen waar vapes en e-liquids met verschillende smaken worden aangeboden. Maar ook in bepaalde winkels zijn de producten dus nog steeds te koop.

Slide 21 - Open question

Bij welk verband hoort 'toch'?
A
tegenstelling
B
oorzaak
C
opsomming
D
gevolg

Slide 22 - Quiz

Bij welk verband hoort 'zo'?
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming
D
gevolg

Slide 23 - Quiz

Bij welk verband hoort 'maar'?
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming
D
gevolg

Slide 24 - Quiz

Bij welk verband hoort 'dus'?
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming
D
conclusie

Slide 25 - Quiz

Noteer de 3 signaalwoorden:
Volgens voorzitter Emil 't Hart van de branchevereniging voor onafhankelijke verkopers van elektronische sigaretten houden de meeste gereguleerde tabaks- of speciaalzaken zich aan de wet. "Maar in sommige souvenirwinkels is het wel te krijgen", zegt hij tegen NU.nl. "Verder zijn er verkopers die vanuit huis hun producten aanbieden. Een appje en je kunt het komen ophalen."

Slide 26 - Open question

Bij welk verband hoort 'maar'?
A
oorzaak
B
voorwaarde
C
tegenstelling
D
voorbeeld

Slide 27 - Quiz

Bij welk verband horen 'en' en 'verder'?
A
opsomming
B
voorwaarde
C
verduidelijking
D
tegenstelling

Slide 28 - Quiz

Noteer de 2 signaalwoord:
"En op sociale media en andere platforms maken wij melding van aanbod van vapes met smaakjes, zodat het platform deze kan verwijderen. De eerste resultaten van de inspecties worden binnenkort bekend."

Slide 29 - Open question

Bij welk verband hoort 'zodat'?
A
opsomming
B
voorwaarde
C
verduidelijking
D
gevolg

Slide 30 - Quiz

Noteer het signaalwoord:
Illy meent dat er nog veel meer maatregelen nodig zijn om het vapen in te dammen. "De verbruiksbelasting kan omhoog, er moeten meer rookvrije en daarmee vapevrije plekken komen. Zorg verder voor zo min mogelijk verkooppunten en voor neutrale verpakkingen om vapen onaantrekkelijk te maken."

Slide 31 - Open question

Bij welk verband hoort 'verder'?
A
opsomming
B
voorwaarde
C
verduidelijking
D
gevolg

Slide 32 - Quiz

Maak nu (in je schrift) opdr. 9 op blz. 77

Slide 33 - Slide

Einde van deze les

Slide 34 - Slide