Quizvragen rondom B1-B7 ordening

Wat is juist over een bacterie?
A
Bestaan uit enkele cellen
B
Bestaan uit meerdere cellen
C
Cellen lijken op dierlijke cellen
D
Cellen zijn altijd rond
1 / 45
next
Slide 1: Quiz

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Wat is juist over een bacterie?
A
Bestaan uit enkele cellen
B
Bestaan uit meerdere cellen
C
Cellen lijken op dierlijke cellen
D
Cellen zijn altijd rond

Slide 1 - Quiz

Schimmels planten zich voort door?
A
Deling
B
Seks
C
Sporen

Slide 2 - Quiz

Een kenmerk van sporenplanten is?
A
Ze hebben wel bloemen
B
Ze hebben geen bloemen

Slide 3 - Quiz

Wat is geen rijk bij het ordenen?
A
Bacterien
B
Dieren
C
Mensen
D
Schimmels

Slide 4 - Quiz

Maak je met schimmels ook patat?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 5 - Quiz

Kun je met schimmels zuurkool maken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 6 - Quiz

Wordt bier gemaakt met behulp van schimmels?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 7 - Quiz

Zie je op de foto schimmeldaden weergeven?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 8 - Quiz

Wat zijn de 4 rijken in de natuur?
A
Jagers, groente, reptielen en schimmels
B
Dieren, planten, voedsel en zuurstof
C
Dieren , Planten, schimmels en bacterien
D
Dieren, planten, schimmels en cellen

Slide 9 - Quiz

Is het mogelijk dat er op een boterham schimmeldraden komen?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz

Wat kun je van schimmels maken?
A
Bessensap
B
Papier
C
Medicijnen
D
Zeep

Slide 11 - Quiz

Kan een varen voortplanten door te delen?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quiz

Wie ruimen de resten in de natuur op?
A
Planten
B
Bacteriën
C
Schimmels
D
Bacteriën en schimmels

Slide 13 - Quiz

Betekend ordenen indelen in groepen?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Vormen vogels een van de vier rijken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 15 - Quiz

Het klopt dat je op heel veel plakken schimmels en bacteriën kunt vinden?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 16 - Quiz

Zelfs in je lichaam vindt je bacteriën?
A
Niet waar
B
Waar
C
Alleen als je ziek bent

Slide 17 - Quiz

Schimmels zijn
A
eencellig
B
veelcellig
C
eencellig of veelcellig
D
dat is niet bekend

Slide 18 - Quiz

Zaadplanten planten zich voort door?
A
Deling
B
Sporen
C
Seks
D
Zaden

Slide 19 - Quiz

Wat moet er bij nummer 2 als antwoord staan?
A
Bladgroenkorrels
B
Celplasma / Cytoplasma
C
Celkern
D
Celwand

Slide 20 - Quiz

Wat moet er bij 3 voor antwoord staan?
A
Bladgroenkorrels
B
Cel-plasma / Cytoplasma
C
Celkern
D
Water

Slide 21 - Quiz

Kunnen schimmels je ziek maken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 22 - Quiz

Is het mogelijk om voedsel te maken met schimmels?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 23 - Quiz

Is het mogelijk om met bacteriën voedsel te maken?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 24 - Quiz

Een roos bevat plantencellen?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 25 - Quiz

Een champignon is een schimmel?
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 26 - Quiz

Gunstige omstandigheden voor bacteriën om voort te planten zijn?
A
Water en de juiste temperatuur
B
Water en voedsel
C
Water en licht

Slide 27 - Quiz

Een ander woord voor ordenen is?
A
Opruimen
B
Sorteren
C
Weggooien

Slide 28 - Quiz

Varens hebben sporendoosjes om voort te planten?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 29 - Quiz

Varens hebben sporenhoopjes om voort te planten?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 30 - Quiz

Op de afbeelding zie je een wervelkolom?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quiz

Om het dierenrijk te ordenen gebruiken we het kenmerk:
A
Cellen
B
Huid
C
Skelet
D
Wervelkolom

Slide 32 - Quiz

Wat voor skelet heeft het dier op de afbeelding
A
Geen skelet
B
Inwendig skelet
C
Uitwendig skelet
D
Beide

Slide 33 - Quiz

Een wervelkolom bestaat uit?

Slide 34 - Open question

Gewervelde dieren vallen in het dierenrijk?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quiz

Gewervelde dieren bevatten de volende groepen:
A
Vissen - Amfibieen - Reptielen - Vogels - Zoogdieren - Mensen
B
Vissen - Amfibieën - Reptielen - Vogels - Zoogdieren
C
Vissen - Insecten - Reptielen- Vogels - Mensen
D
Vissen - Amfibieën - Reptielen - Mensen

Slide 36 - Quiz

Levendbarend is een manier van voortplanten?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 37 - Quiz

Wat is een kenmerk van vissen
A
Eieren met schaal
B
Eieren met leerachtige schaal
C
Eieren zonder schaal
D
Levendbarend

Slide 38 - Quiz

Reptielen hebben een huidbedekking van:
A
Droge schubben
B
Slijm
C
Haren
D
Veren

Slide 39 - Quiz

Wat voor organisme zie je hiernaast
A
Vis
B
Stekelhuidige
C
Weekdier
D
Holtedier

Slide 40 - Quiz

Kenmerk van holtedieren is:
A
Ze hebben een uitwendig skelet
B
Ze hebben een inwendig skelet
C
Ze hebben geen skelet
D
Ze hebben een inwendig als uitwendig skelet

Slide 41 - Quiz

Dit is een -->
A
Geleedpotige
B
Stekelhuidige
C
Weekdier
D
Holtedier

Slide 42 - Quiz

Bestaan de poten van een lieveheersbeestje uit leden?
A
Ja
B
Nee

Slide 43 - Quiz

Heeft een tuinslak een huisje als een skelet?
A
Ja
B
Nee

Slide 44 - Quiz

Wat is 'determineren'
A
Een onderzoek bedenken
B
De conclusie opschrijven
C
Het opzoeken van de naam van een organisme
D
Het plukken van planten

Slide 45 - Quiz