Les 4 Leren leren *motivatie

Motivatie

1 / 31
next
Slide 1: Slide
StudievaardighedenPedagogisch werk+2MBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Motivatie

Slide 1 - Slide

Aan het eind van deze les: 
  • Ken je de betekenis van intrinsieke en extrinsieke motivatie.
  •  Weet je welke factoren van invloed zijn op motivatie.
  • Heb je tips verzameld over hoe jij jezelf kunt motiveren.
  • Weet je ook wat de invloed van jouw omgeving is/kan zijn op jouw motivatie.  

                                                 Pak pen en papier

Slide 2 - Slide

Teken deze ster na. Je hebt maximaal 5 minuten de tijd. 

Slide 3 - Slide

Hoe gemotiveerd was je voor deze opdracht?
110

Slide 4 - Poll

Opdracht 1:

Teken waar deze man bang voor is. 

Of 

Opdracht 2:

Schrijf een verhaaltje van minimaal 10 zinnen over waar deze man bang voor is. 

Je hebt maximaal 5 minuten de tijd. 

Slide 5 - Slide

Hoe gemotiveerd was je voor deze opdracht?
110

Slide 6 - Poll

Kan meer autonomie (keuzevrijheid) bijdragen aan jouw motivatie?
Ja
Nee

Slide 7 - Poll

Zou je nog gemotiveerder zijn geweest als je er een beloning voor had gekregen?
Ja
Nee

Slide 8 - Poll

Wanneer ben jij het meest gemotiveerd om iets te doen?
Wanneer ik ergens goed in ben
Wanneer ik een beloning krijg
Wanneer er een deadline of straf
Wanneer iemand anders trots op me is
Wanneer ik ergens het nut van inzie (belangrijk)
Wanneer er een keuze is hoe ik het aanpak
Wanneer ik het onderwerp interessant vind

Slide 9 - Poll

Motivatie hebben is de basis om aan de slag te gaan met een doel, of het nu voor school is of voor andere dingen...

Slide 10 - Slide

Soorten motivatie
Er zijn twee soorten motivatie:
motivatie van binnenuit en 
motivatie van buitenaf.


Slide 11 - Slide

Motivatie van binnenuit

Dit noemen we ook wel intrinsieke motivatie. 

Bij deze soort motivatie doe je iets omdat je vindt dat het zinvol, nuttig of belangrijk is. Of gewoon omdat je het leuk vindt!
 

Slide 12 - Slide

Motivatie van buitenaf
Dit noemen we ook wel extrinsieke motivatie.
Bij deze motivatie doe je iets
 
  •  omdat het van iemand anders moet
  •  omdat je een beloning krijgt of
  •  om een straf te voorkomen

Slide 13 - Slide

Intrinsieke motivatie:

Komt uit jezelf



Je wilt het zelf, omdat:
* je het heel leuk vindt,
* je er heel goed in bent
* het past bij je normen en waarden, 
* het belangrijk of nuttig voor je is.
Extrinsieke motivatie:

Factoren van buitenaf motiveren jou om iets te doen



* Beloning (salaris, zakgeld, compliment, cadeautje, snoepje, game tijd, etc)
* Straf

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Bij welke stap/gedachte ben jij gestart toen je aan het begin van de les de tekenopdracht kreeg?
Ik doe het niet
Ik kan het niet
Ik wil het niet
Hoe doe ik het
Ik probeer het
Ik kan het
Ik doe het
Ik wil het

Slide 16 - Poll

De leertrap:
Sommige opdrachten zijn moeilijk, andere opdrachten vind je gemakkelijk. 
Hiernaast zie je verschillende stappen/gedachtes die je kunt hebben bij het maken van een opdracht.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Tim gaat over een maand op uitwisseling naar Spanje. Hij oefent daarom dagelijks met veel plezier zijn Spaanse vaardigheden op duolingo. Iedere dag besteed hij minimaal 30 minuten aan het leren van woordjes, zinnen en grammatica omdat hij graag de taal graag wil leren spreken. Hij is er ook goed in en dat maakt dat hijgen leuk vind en verder wil leren.
Van wat voor soort motivatie is hier sprake?
A
Tim is intrinsiek gemotiveerd
B
Tim is extrinsiek gemotiveerd door externe regulatie
C
Tim is extrinsiek gemotiveerd maar doet dit wel uit vrije wil (geïnternaliseerde motivatie)

Slide 19 - Quiz

Lieke stofzuigt iedere avond de huiskamer en keuken. Ze vind dit leuk, want ze ontvangt hier zakgeld voor.
Van wat voor soort motivatie is hier sprake?
A
Lieke is intrinsiek gemotiveerd
B
Lieke is extrinsiek gemotiveerd door externe regulatie
C
Lieke is extrinsiek gemotiveerd maar doet dit wel uit vrije wil (geïnternaliseerde motivatie)

Slide 20 - Quiz

Amar doet 2 keer per week de boodschappen voor zijn vader en moeder. Zij zijn al op leeftijd en kunnen de zware dingen niet meer zo goed tillen. Amar doet dit graag voor zijn ouders. Hij vind het belangrijk om anderen, met name ouderen, te helpen en met respect te behandelen.
Van wat voor soort motivatie is hier sprake?
A
Amar is intrinsiek gemotiveerd
B
Amar is extrinsiek gemotiveerd door externe regulatie
C
Amar is extrinsiek gemotiveerd maar doet dit wel uit vrije wil (geïnternaliseerde motivatie)

Slide 21 - Quiz

Ellen heeft al zeker 3 dagen 45 minuten per keer geleerd voor haar proefwerk Duits. Ze wil graag dat haar ouders trots op haar zijn.
Van wat voor soort motivatie is hier sprake?
A
Els is intrinsiek gemotiveerd
B
Els is extrinsiek gemotiveerd door externe regulatie
C
Els is extrinsiek gemotiveerd maar doet dit wel uit vrije wil (geïnternaliseerde motivatie)

Slide 22 - Quiz

Hoe gemotiveerd ben jij zelf? Geef jezelf een cijfer voor de mate van jouw motivatie voor school.
1-2-3-4-5-6-7-8-9-10
Leg uit ?

Slide 23 - Mind map

Ben jij er zeker van dat je jouw doel, (diploma VMBO-TL) gaat halen?
A
JA! Want ik echt intrinsiek gemotiveerd
B
Ik twijfel of ik wel voldoende motivatie heb
C
Met veel hulp en stimulans vanuit mijn omgeving moet het lukken
D
Als ik er superhard voor werk en mijn doel voor ogen houd moet het lukken

Slide 24 - Quiz

Motiveren kun je leren
Soms heb je gewoon geen zin. Of je vindt wat je
moet doen superstom. Maar soms moet je het
toch écht doen! 

Wat doe je dan?
 Het is dan handig als je jezelf kunt motiveren. 
Dat betekent dat je zin maakt en het tóch gaat doen.
Herken je dit ? Hoe doe jij dat ? 

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Bedenk een taak die je echt enorm stom of moeilijk vind. Noteer wat die taak is en hoe je deze taak komende week gaat uitvoeren waardoor je meer gemotiveerd bent. Enkele voorbeelden hieronder.
* ik ga mezelf belonen met…. (Iets lekkers te eten, extra schermtijd, extra tijd voor sport of hobby)
* ik ga een kleiner en eenvoudiger haalbaar doel stellen namelijk….
* ik ga deze taak leuker maken, door….. (spelelement / uitdaging / target / doel)
* ik ga mezelf motiveren door hulp in te schakelen / samen te werken, zo wordt de taak minder lastig
* ik ga deze taak op een andere manier doen, waarbij ik het leerdoel ook behaal, maar dan met behulp van iets wat ik leuk vind (digitaal oefenen, in spelvorm oefenen, een strip tekenen)
* ik ga deze taak uitvoeren zonder mezelf te saboteren door bij voorbaat te denken dat ik iets niet kan of niet leuk vind. In plaats daarvan…..
* André namelijk….

Slide 29 - Slide

Wie of wat heb jij nodig om zelf gemotiveerd te zijn en te blijven om te leren?

Slide 30 - Mind map

Wat heb je geleerd?

Slide 31 - Slide