What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Bezittelijke voornaamwoorden
De bezittelijke voornaamwoorden
1 / 25
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
This lesson contains
25 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
De bezittelijke voornaamwoorden
Slide 1 - Slide
Het bezittelijke voornaamwoord:
- geeft een bezit aan
- staat voor een zelfstandignaamwoord
Slide 2 - Slide
Voorbeelden bezittelijk voornaamwoord:
- ik eet
mijn
banaan / ich esse
meine
Banane
- dat is
jouw
huis / das ist
dein
Haus
- jij hebt
zijn
fiets / du hast
sein
Fahrrad
-
wij
eten ons ijsje / wir essen
unser
Eis
Slide 3 - Slide
ich
ik
du
jij
er
hij
sie
zij (ev)
wir
wij
ihr
jullie
sie
zij (mv)
Sie
U
mein-
mijn
dein-
jouw
sein-
zijn
ihr-
haar
unser-
ons/onze
euer-
jullie
Ihr-
hun
Ihr-
Uw
Persoonlijke voornaamwoorden
Bezittelijke voornaamwoorden
Slide 4 - Slide
-Je hebt een
DER
Gruppe (der,die, das, die)
-Je hebt een
EIN
Gruppe (ein, eine, ein, keine)
De bezittelijke voornaamwoorden gaan precies zoals de
EIN
Gruppe! (zelfde uitgang!)
M
V
O
Mv
Onderwerp
der
_
ein
_
di
e
ein
e
das
_
ein
_
di
e
k
ein
e
Lijd. voorwerp
de
n
ein
en
ein
e
ein
e
ein
_
ein
kein
e
k
ein
e
Slide 5 - Slide
Voorbeelden:
- Mein.. Bruder (m) hat Zahnschmerzen
- Unser.. Eltern (mv) sind sehr lieb
- Euer.. Lehrerin (v) hat hunger
- Ihr.. Baby (o) schläft
M
V
O
Mv
Onderwerp
der
_
ein
_
di
e
ein
e
das
_
ein
_
di
e
k
ein
e
Lijd. voorwerp
de
n
ein
en
ein
e
ein
e
ein
_
ein
kein
e
k
ein
e
Slide 6 - Slide
Sein.. Vater (m)
ist krank
A
sein
B
seine
C
seinen
Slide 7 - Quiz
Ihr.. Oma (v) hat Blumen gekauft
A
Ihr
B
Ihre
C
Ihren
Slide 8 - Quiz
Unser.. Handys (mv) sind kaputt
A
Unser
B
Unsere
C
Unseren
Slide 9 - Quiz
Euer.. Schule (v) hat zu
A
Euer
B
Eueren
C
euere
Slide 10 - Quiz
Er gibt mein.. Kopfhörer (m) zurück
A
mein
B
meinen
C
mein
Slide 11 - Quiz
Was ist (jouw) Name (m)?
A
sein
B
mein
C
dein
D
Ihr
Slide 12 - Quiz
(mijn) Hobby (o) ist Handball.
A
Meine
B
Mein
C
Deine
D
Dein
Slide 13 - Quiz
Das sind (onze) Eltern (mv).
A
meine
B
dein
C
ihr
D
unsere
Slide 14 - Quiz
(jullie) Auto (o) ist sehr schön.
A
unser
B
euere
C
unsere
D
euer
Slide 15 - Quiz
(onze) Klassenlehrer (m) heißt Meier.
A
Ihr
B
Ihre
C
Unser
D
Euere
Slide 16 - Quiz
Maaike ist (haar) Freundin (v).
A
meine
B
ihr
C
ihre
D
euere
Slide 17 - Quiz
(uw) Handy (o) klingelt, Frau Schmidt!
A
Dein
B
Ihr
C
Sein
D
Unser
Slide 18 - Quiz
Das ist (mijn) Fahrrad (o).
A
meine
B
deine
C
mein
D
sein
Slide 19 - Quiz
DER - Gruppe
Welke (lid)woorden horen bij deze groep?
DER
DIE
DAS
DIE
Slide 20 - Slide
DER - Gruppe
Welke woorden horen bij deze groep?
dies-, jed-, manch-, solch-, welch-, all-
Slide 21 - Slide
Vul aan en schrijf het hele woord op :
Dies- Mann wohnt hier.
Slide 22 - Open question
Solch- Vereine (mv) haben viele Mitglieder
A
Solcher
B
Solche
C
Solchen
D
Solches
Slide 23 - Quiz
Welch- Zug (m) fährt heute nicht?
A
Welchen
B
Welche
C
Welches
D
Welcher
Slide 24 - Quiz
Einde
Slide 25 - Slide
More lessons like this
Bezittelijke voornaamwoorden
December 2021
- Lesson with
12 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Bezittelijke voornaamwoorden
March 2023
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Bezittelijke voornaamwoorden
January 2021
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Bezittelijke voornaamwoorden
November 2022
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
MW blok 8 Der- und Ein-Gruppe,
May 2023
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Bezittelijke voornaamwoorden
May 2023
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
week 3 juni
May 2024
- Lesson with
43 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
ein/eine, bezittelijk voornaamwoord
October 2022
- Lesson with
23 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2