5.2 vast & incidenteel

Vandaag..
Herhaling 5.1 inkomsten en uitgaven
Uitleg en maken 5.2
1 / 13
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vandaag..
Herhaling 5.1 inkomsten en uitgaven
Uitleg en maken 5.2

Slide 1 - Slide

Herhaling 5.1
Welke uitgaven zijn er ook alweer?
Welke goederen zijn er?

Slide 2 - Slide

Huishoudelijke uitgaven
Persoonlijke uitgaven

Slide 3 - Slide

Gebruiksgoederen

(vaak gebruiken)

Verbruiksgoederen

(een/enkele keren gebruiken)

Slide 4 - Slide

Vast & incidenteel

Slide 5 - Slide

Vast & incidenteel
Vaste lasten = rekeningen die structureel terug komen. 

Incidentele uitgaven = uitgaven die je niet gepland had, deze zijn onverwachts.

Slide 6 - Slide

Noem twee vaste uitgaven voor een gezin.

Slide 7 - Open question

Noem twee incidentele uitgaven voor een gezin.

Slide 8 - Open question

Uitgaven
  • Vaste lasten = uitgaven die steeds terug komen en bijna altijd even hoog zijn.


  • Incidentele lasten = uitgave die je af en toe doet.

Slide 9 - Slide

Incidentele uitgaven
Zijn uitgaven die je niet zo vaak doet, of waarvoor je moet sparen. 

Onverwacht en onregelmatig. Het is verstandig om er geld voor te reserveren.

Voorbeelden: reparatie van de koelkast of auto, een winterjas, een verre reis of een verkeersboete.

Slide 10 - Slide

Duurzame gebruiksgoederen
Duurzame gebruiksgoederen = producten die een lange tijd mee gaan. (langer dan een jaar) 

Slide 11 - Slide

Automatische incasso
Toestemming geven om bedragen van je bankrekening af te schrijven.

Slide 12 - Slide

Aan de slag!
5.2 lezen & maken

Slide 13 - Slide