Opdracht 8: Rechten van het kind

Opdracht 8
Rechten van het kind
1 / 10
next
Slide 1: Slide
MBO

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Opdracht 8
Rechten van het kind

Slide 1 - Slide

Doel van deze opdracht
Zicht krijgen op welke rechten kinderen hebben en of landen zich hier aan houden ja of nee. 

Slide 2 - Slide

Op 20 november 1989 hebben de Verenigde Naties het Verdrag voor de Rechten van het Kind aangenomen. 
In Nederland hebben dus kinderen (mensen onder de 18 jaar) rechten en kunnen hier aanspraak op doen. 



Slide 3 - Slide

Rechten van het kind

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Video

Slide 6 - Slide

Mag de moeder van de zestienjarige Frank
zijn WhatsApp-berichten lezen zonder zijn
toestemming?
A
Ja, moeders mogen altijd weten wat hun kinderen met anderen bespreken
B
Ja, maar alleen als zij daarna aan Frank vertelt dat ze zijn berichtjes heeft gelezen
C
Nee, de moeder van Frank moet zijn privacy respecteren
D
Nee, tot zestien jaar mag het wel, maar op latere leeftijd niet meer

Slide 7 - Quiz

Jesse van dertien heeft een game gestolen bij een gamewinkel. Moet hij hiervoor gevangenisstraf krijgen?
A
Ja, een gevangenisstraf is goed om te voorkomen dat Jesse nog een keer steelt
B
Nee, kinderen krijgen pas straf als ze veertien jaar zijn.
C
Nee, voor stelen krijg je nooit straf
D
Nee, er wordt eerst gekeken welke straf beter past bij Jesse

Slide 8 - Quiz

Mag de buurman jou vragen zijn auto te wassen voor drie euro?
A
Ja, als hij voor die prijs niet meer dan één auto laat wassen
B
Ja, zolang je het geld dat je verdient niet hoeft af te staan, bijvoorbeeld aan je ouders
C
Nee, drie euro is te weinig geld voor het wassen van een auto
D
Nee, het is kinderarbeid als je klusjes doet voor geld en dat is verboden

Slide 9 - Quiz

De opdracht
  1. Maak een mindmap met je kennis en vaardigheden over dit onderwerp. 
  2. Kijk op  https://www.kinderrechten.nl/jeugd/leeftijdsladder/?age=15-  en beschrijf wat jouw rechten zijn. 
  3. Werk voor zowel Nederland als een ander Niet-Westers land de volgende vragen uit:
  4. Mogen kinderen werken?
  5. Hoe zit dit in lage loon landen?
  6. Heb je schone kleren?
  7. Hoe ga je in jou beroep om met de rechten van het kind?

Slide 10 - Slide