4 MDI | ICT Computerhardware

Computer Hardware
1 / 21
next
Slide 1: Slide
Media, Vormgeving en ICTMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Computer Hardware

Slide 1 - Slide

onderdelen
computer

Slide 2 - Mind map

Opbouw computer

Slide 3 - Slide

Opbouw computer



Een computer is uit een groot aantal onderdelen opgebouwd.
De meeste onderdelen vind je in elke computer terug.
Een desktopcomputer is een losse kast met onderdelen die gemakkelijk te vervangen zijn.
Bij een laptop is door krappe behuizing moeilijker om onderdelen te vervangen.

Levensduur computer:
De ontwikkeling van de computer gaat snel.
Een computer is meestal al na een paar jaar verouderd.
Dit heet de economische levensduur van een computer.

Slide 4 - Slide

Microprocessor
Complexe chip die de taken van de computer kan uitvoeren.
Microprocessoren zijn verschillend in opbouw van verschillende fabrikanten, dit heet architectuur.


Processoren hebben 2, 3, 4, 6 of 8 kernen.

Pc’s hebben 32 bits of een 64 bits processor.


De kloksnelheid, aangegeven in MHz, bepaalt met aantal bits en kernen de snelheid van een processor.



Een bit is een nul of een één waarmee de microprocessor werkt.


Hertz is het aantal wisselingen van een signaal per seconde.

Slide 5 - Slide

Wat wordt er bedoeld met de term economische levensduur van een computer?

Slide 6 - Open question

Wat is in het bedrijfsleven meestal de economische levensduur bij computerapparatuur?
A
Enkele jaren
B
3 jaar
C
tot je geen onderdelen meer kunt bestellen
D
Wanneer die is versleten

Slide 7 - Quiz

Waarom is het belangrijk dat een microprocessor meerdere kernen heeft?

Slide 8 - Open question

Chipset
De microprocessor zit op het moederbord in een socket.  
Het moederbord is een printplaat met elektronische schakelingen.
De chipset zorgt ervoor dat de processor kan werken met alle andere onderdelen:
Geheugen, harddisk, videokaart, PCIe-express en USB-poorten.
Een PCi express-slot is een aansluiting voor de uitbreidingskaarten.

Slide 9 - Slide

Elke processor kan op ieder willekeurig moederbord
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Je kunt een processor op een moederbord gemakkelijk vervangen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Geheugen
RAM is het werkgeheugen van pc.
Verliest alle gegevens als stroom wegvalt.
Snelste geheugen in de pc.
Hierin worden programma’s tijdens uitvoeren en programmagegevens in opgeslagen.
Andere typen geheugen zijn flash en ROM.

RAM verschillende types: DDR3 of DDR4.
Verschillende snelheden: DDR4-2133 of DDR4-3200.
Verschillende vormen: DIMM of SODIMM.
Kan door inkeping maar op één manier op moederbord geplaatst worden.
Meestal in paar van twee modules plaatsen.

Slide 12 - Slide

Opslag

Intern:
eSata is een standaard waarmee interne dataopslagapparaten worden aangesloten.
Een harddisk is een schijf met een magnetische laag.
Een SSD bestaat uit flash geheugenchips.


Extern:
Verwisselbare dataopslag gebruik je om snel gegevens van de ene computer naar een andere computer over te zetten.
Wordt verbonden met USB-poort.
Harddisk.
USB-stick.
Cd/dvd-ROM.
SSD

Slide 13 - Slide

Waar 
Niet waar
Een harddisk kan goed tegen stoten of vallen

Een harddisk heeft altijd maar één platter.
Een SSD verbruikt minder stroom dan een harddisk

Slide 14 - Drag question

Videokaart
De videokaart stuurt het beeldscherm bij de computer aan.

De videokaart vertaalt de gegevens in de computer naar beelden op het beeldscherm.

Een losse videokaart is niet altijd nodig.
Veel processoren hebben een eenvoudige videokaart ingebouwd.
Dure videokaarten zijn vooral voor snelle 3D-toepassingen, bijvoorbeeld games.
Losse videokaart plaats je in een PCI-express slot.
Snelle videokaarten hebben extra aansluitingen en data lanes nodig.
Een data lane is een PCI-express verbinding waar gegevens over verstuurd worden.

Slide 15 - Slide

Wat is de functie van de videokaart?

Slide 16 - Open question

Waar plaats je een losse videokaart in?

Slide 17 - Open question

Systeemkast
De systeemkast is de behuizing van een computer.

 
De computeronderdelen zitten in de behuizing.

Voeding zit ook in de systeemkast.

Voeding zorgt ervoor dat alle onderdelen de juiste spanning krijgen.

De voeding wordt aangeduid met het vermogen dat de voeding kan leveren. Bijvoorbeeld 450 Watt.

Slide 18 - Slide

Warmte in systeemkast



Luchtstroom voor koeling:
De computer produceert warmte als deze aanstaat.
Deze warmte moet afgevoerd worden.
De systeemkast heeft hiervoor luchtroosters.
Slecht warmteafvoer van de systeemkast veroorzaakt stabiliteitsproblemen.

Ventilatoren:
Een ventilator wordt gebruikt om de lucht door de systeemkast te blazen.
Op de processor vind je vaak een ventilator om deze te koelen.
Een krachtige videokaart heeft ook een of twee ventilatoren.

Slide 19 - Slide

Wat is de eenheid van elektrisch vermogen
A
Wat
B
Watt
C
HERTZ
D
Energie

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide