4.6 oefenen toets

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Wat is ook wel een andere benaming voor de tijd van monniken en ridders?

1. De hoge middeleeuwen
2. De late middeleeuwen
3. De vroege middeleeuwen
4. De eerste middeleeuwen

De vroege middeleeuwen loopt van

1. 500 - 1500
2. 1000 - 1500
3. 500 - 1000

Hoe noem je niet christenen in de vroege Middeleeuwen?

1. Ridders
2. Heidenen

Wie is dit?

1. Karel de Kale
2. Karel de Kleine
3. Karel V
4. Karel de Grote

Karel de Grote was een ... koning

1. Frankische
2. Saksische
3. Germaanse

Karel de Grote was een .....

1. Leenman
2. Leenheer

De middeleeuwen beginnen rond het jaar …a… De tijd van monniken en ridders ligt tussen 500 en …b… Willibrord en Bonifatius stichtten in de zevende en achtste eeuw …c… in wat nu Duitsland is. Zij wilden de mensen in onze streken bekeren tot het …d…

Vraag 3: Zet de woorden op de juiste plek

christendom

klooster

1000

500

Na de tijd van de Romeinen was er veel veranderd. Europa was eigenlijk achteruit gegaan.
Wat hoort er bij de Romeinen en wat hoort er bij de Middeleeuwen?

Romeinen

Middeleeuwen

Landbouwstedelijke samenleving

Landbouwsamenleving

Steden

Dorpen

Geld

Ruilen

Handel met verre gebieden

zorgen voor eigen eten.

Maak de goede combinaties

Vertelde hoe je in de hemel kon komen.

Vermoord bij Dokkum.

Huis voor nonnen of paters.

Vereerder van stenen, heilige bomen en bronnen.

Hoogste leider van de kerk.

Paus

Bonifatius

kloosters

Heiden

Geestelijken

Welke omschrijving past bij het begrip standen?

1. Groot gebouw met vaak veel land eromheen.
2. Man die een deel van zijn gebied door iemand anders laat besturen
3. De drie groepen van de samenleving in de vroege Middeleeuwen.
4. iemand die in dienst is van de kerk.

Eerste stand

Tweede stand

Derde stand

Geestelijken

Adel

Boeren

De Friezen geloofden in?

1. 1 god.
2. Meerdere goden.

Welke godsdienst is ouder?

1. christendom
2. islam

Welke stand zie je op de afbeelding

1. geestelijken
2. adel
3. boeren
4. ridders

Naar welke plaats vlucht Mohammed?

1. Mekka
2. Medina
3. Jeruzalem
4. Rome

In welk jaar ging Mohammed terug naar Mekka?

1. 630
2. 687
3. 622
4. 634

Wat gebeurt er op de tekening? 

Kies het juiste antwoord.

1. Een engel vertelt Mohammed dat hij moet vluchten uit Mekka.
2. Een engel vertelt Mohammed dat hij bij de Ka’aba de goden moet gaan aanbidden.
3. Een engel vertelt Mohammed dat hij christen moet worden.
4. Een engel vertelt Mohammed dat er maar één god is, Allah.

noem 3 taken van een klooster

Welk begrip past er bij de afbeelding?

Welk begrip past er bij de afbeelding?

Wat wordt bedoeld met de begrippen 'Leen'  en 'trouw'? 

Over wie gaat het hier?

Stel: je moet een vervolg tekening maken op het plaatje hiernaast >  wat zou je tekenen?