(A) little & (A) few/ A lot of & Lots of- herhaling 3-2-2025 hk2/vh2

1 / 13
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Today's goals
- Presentaties van de foto collages/posters Dublin
- I know when to use (a) few and (a) little
- I can  (a) few and (a)  little correctly in sentences. 

Slide 2 - Slide

 Little    &     Few



weinig


A little         &          A few 



een beetje          een paar

beschrijven hoeveelheid op een negatieve manier
beschrijven hoeveelheid op een positieve manier

Slide 3 - Slide

Wanneer gebruik je welke?
               A little / little                                                   A few / few                             
Ontelbare zelfstandig naamwoorden
Telbare zelfstandig naamwoorden

Slide 4 - Slide

(A) little  &  (a) few
1. Few people visited him at the hospital. =   hij had bijna geen bezoekers.
2. I have a few  friends. =    Ik heb een paar vrienden.

3. He had little money =     hij had bijna geen /weinig geld.

4. I've got a little money =    Ik heb een beetje geld.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Kies uit a few, few, a little or little.
1. He has ............... good friends so he is happy.
2. I'm sorry, I speak .................. French.
3. I've got ...................... friends in the city so I am lonely.
4. There was ................... time to finish my homework.
5. We stayed .................. days in Paris and visited the Eiffel tower. 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

A LOT OF 

- betekent VEEL

- telbare & ontelbare zelfstandige naamwoorden.
      LOTS OF  

- betekent VEEL

- telbare & ontelbare zelfstandige naamwoorden.

- minder formeel


Slide 9 - Slide

A LOT OF  &   LOTS OF
1. We throw away a lot of   food.
2. This website contains lots of useful facts. 

Think about three new sentences with either a lot of / lots of.
3.
4. 
5. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

Homework for next class



Homework
- Study woorden tot en met ‘overview – overzicht’, pagina 48.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide