Herhaalles ontkenning /regelmatig ww-er 27 mars

Bienvenue
Aujourd'hui c'est lundi
 27 mars 
1 / 39
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Bienvenue
Aujourd'hui c'est lundi
 27 mars 

Slide 1 - Slide

DAGOPENING 1/2
En Hij nam brood, en als Hij gedankt had, brak Hij het en gaf het hun, en zei Dit is Mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt; doet dat tot Mijn gedachtenis.
Jezus vraagt zijn volgelingen vlak voor zijn dood dat als zij brood delen en wijn drinken om dan aan Hem te denken.
Zodat zij Hem nooit zullen vergeten.

Slide 2 - Slide

DAGOPENING 2/2
Trouwe Vader dat U zo lang geleden brood en wijn met Uw vrienden heeft gedeeld en dat dat nog altijd gebeurt ter nagedachtenis aan U, is eigenlijk best heel bijzonder. Dank u daarvoor.

Slide 3 - Slide

Prenez vos affairs:
 vos livres
vos stylos
 vos tablettes
 vos cahiers

Slide 4 - Slide

Duidelijkheid/Regels
Iets vergeten? Melden aan begin van de les 
Vinger opsteken bij een vraag
Niet tussendoor praten. I-pads neer.


Slide 5 - Slide

Oefentoets nakijken

Slide 6 - Slide

Excercice 1
1. Dier
2.op het strand
3.Aurore
4.12
5.Aurore

Slide 7 - Slide

Excercice 2

1.. Tom
2.Tom
3.Olivia
4.Tom
5.Olivia

Slide 8 - Slide

Excercice 3 en 4
1.A.           1 .Groot
2.A              2. hij speelt
3.C            3. veel
             4.C               4. vandaag
5.C               5.  te gek

Slide 9 - Slide

Excercice 5
1. Chocolaterie Henriet
2. Restaurant l'Entrez
3.Les délices de Biaritz
4.Fruitsdock
5.Coupe Faim

Slide 10 - Slide

Excercice 6
1. A
2.B
3.A
4.B
5.B

Slide 11 - Slide

Excercice 6
6.Bonjour, la carte s'il vous plait
7.Un coca et une crêpe s'il vous plait
8.Ça coute combien?   -Je ne comprends pas
9.-Merci et au revoir

Slide 12 - Slide

De ontkenning
Persoonsvorm herkennen. Hoe??
ne -- persoonsvorm- pas
n' gebruik je bij klinker en stomme H
c'est bien

Slide 13 - Slide

c'est bien
ce est bien
ce ne est pas bien
maar: ce n'est pas bien

Slide 14 - Slide

Vervoegen regelmatig ww eindigend op er
Zoek de stam: werkwoord - er
Ken de persoonlijke voornaamwoorden in het Frans
JE, TU, IL/ELLE/ON, NOUS, VOUS, ILS/ELLES
IK, JIJ, HIJ/ZIJ/MEN(WIJ), WIJ, JULLIE, ZIJ(M),ZIJ(V)
GEBRUIK DE JUISTE UITGANG
E, ES, E,ONS,EZ,ENT


Slide 15 - Slide

VIDEO REGELMATIG WW-ER
CHAPITRE 2D

Slide 16 - Slide

OEFENEN
MAAK DE LIVE WORKSHEET VAN HET WERKWOORD EINDIGEND OP -ER EN LEVER DEZE IN. (MAAK EEN SCREENSHOT)
(oefen net zo lang tot je een 7 hebt). Ontkenning niet af. Ook maken. Uiterlijk woensdag. 

Slide 17 - Slide

Nog meer oefenen
Verbuga.eu

Slide 18 - Slide

Verbuga.eu
Temps: kies le Présent
Verbes irreguliers: niks invullen
verbes reguliers: aanvinken: aimer, acheter, arriver, chercher,commencer, donner,essayer, manger, parler, préférer, rester, tomber// Kiezen voor au hasard/dan kiezen confirmer

Slide 19 - Slide

En nu aan de slag!
vul de juiste vorm in en kies voor: Suivant

Slide 20 - Slide

De getallen
Wie weet hoe het tellen t/m 69 gaat?
Page 92
Spel. Hoe?

Slide 21 - Slide

Audio hoofdstuk 2
Vocabulaire
Leren voor repetitie
Vragen?

Slide 22 - Slide

Les devoirs
Maak de live worksheet van het werkwoord eindigen op -er en lever deze in (minimale cijfer 7)
Leren grammatica H/page 55
(Leer het ww avoir uit je hoofd)
Leren grammatica D en H (page 93) Leer de uitgangen 

Slide 23 - Slide

We gaan oefenen!!!
Pak je I-Pad!

Slide 24 - Slide

La géographie
A
geschiedenis
B
natuurkunde
C
aardrijkskunde
D
geometrie

Slide 25 - Quiz

fort
A
sterk
B
fier
C
fort
D
snel

Slide 26 - Quiz

beginnen
A
entrer
B
commencer
C
noter
D
commenter

Slide 27 - Quiz

lol maken
A
rigoler
B
adorer
C
rouler
D
rinser

Slide 28 - Quiz

la trousse
A
de broek
B
de tros
C
het etui
D
het gemak

Slide 29 - Quiz

overal
A
partout
B
alors
C
toujours
D
surtout

Slide 30 - Quiz

trop
A
te, te veel
B
sterk
C
troef
D
vaak

Slide 31 - Quiz

grappig
A
rigoler
B
aimer
C
marrant
D
vrai

Slide 32 - Quiz

bien sûr
A
goed gedaan
B
natuurlijk
C
echt goed
D
goed gezien

Slide 33 - Quiz

te laat
A
plus tard
B
en retard
C
plus fort
D
école

Slide 34 - Quiz

3G Phrases-clés et parler
Parler=spreken/praten
Buts:
- je kunt vertellen over schoolvakken eileraren
PAGE 122

Slide 35 - Slide

Page 122//27A
Audio//Luisteren/lezen/herhalen
Oefenen met buurman/buurvrouw/of klassikaal
28 (eventueel 27A)

Slide 36 - Slide

Page 130
Audio A/B/E/F
Luisteren en nazeggen

Slide 37 - Slide

LEREN IN STILTE
Repetitie over chapitre 1 en 2 
A/B/E/F Chapitre 1
A/B/C/D/F/G Chapitre 2

Slide 38 - Slide

Les devoirs
Alle lesstof voor de repetitie!!!

Slide 39 - Slide