Herhaling stof

Herhaling stof
Verschillende vragen over theorie van de praktijk! 
1 / 26
next
Slide 1: Slide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Herhaling stof
Verschillende vragen over theorie van de praktijk! 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welke massagegreep is stimulerend?
A
lengte effleurage
B
intermitterend drukken
C
dwarse petrissage
D
drukzuigbeweging

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn contra indicaties voor een massage?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Welke massagegreep bestaat uit een kneding?
A
Frictie
B
Tapotements
C
Petrissages
D
Intermitterend drukken

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Welke massagegreep mag je niet toepassen op een huid met teleangiëctastieën?
A
Effleurage
B
Rotatie
C
Schudden
D
Tapotements

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noem je de effecten van een massage op hetzelfde moment?
A
direct en primair
B
direct en secundair
C
indirect en primair
D
indirect en secundair

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Welke stoffen komen vrij door de biochemische effecten van een massage? (meerdere antwoorden)
A
histamine
B
adrenaline
C
acetylcholine
D
melanine

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Welke massagegreep zorgt voor een trilling over de huid?
A
Frictie
B
Pincement
C
Tapotement
D
Vibratie

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat doe je met naalden die in aanraking gekomen zijn met bloed na gebruik?
A
In de prullenbak
B
In de naaldencontainer
C
Steriliseren voor gebruik bij de volgende klant
D
Terug in het hoesje

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen desinfecteren en steriliseren?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Wat is actinoapparatuur?
A
Behandelen met zuurstof
B
behandelen met licht
C
Behandelen met UV-C

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn voordelen van UV-Straling voor de huid/mens?

Slide 12 - Mind map

1. de huid wordt mooi bruin van
2. UV zorgt voor aanmaak van vitamine D (goed voor de botten!)
3. het heeft een positief effect op het humeur
4. het vermindert puistjes en huidontstekingen
5. de hoornlaag wordt dikker (meer weerstand + bescherming)
Welke vitamine worden door middel van uv-stralen in ons lichaam aangemaakt?
A
Vitamine A
B
Vitamine B6
C
Vitamine C
D
Vitamine D

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Een neutrale vloeistof als water heeft een pH-waarde van
A
Kleiner dan 7
B
7
C
Groter dan 7

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Een zure stof heeft een pH-waarde van:
A
Kleiner dan 7
B
7
C
Groter dan 7

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Een basische stof heeft een pH waarde van:
A
Kleiner dan 7
B
7
C
Groter dan 7

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de werking van desincrustatie?
A
verbetering van de doorbloeding
B
stimulerend op het spierweefsel
C
insluizen van werkstoffen
D
verzepen van talg

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de functie van de iontoforese?
A
Het insluizen van werkstoffen
B
Het stimuleren van spierspanning
C
Het verzepen van talg
D
Het verweken van de hoornlaag

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de werking van een sterk zuur?
A
Adstringerend
B
Hoornstof oplossend
C
Verzachtend

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Maar wat was een suspensie?
A
een heldere, soms gekleurde vloeistof, waarin één of meer stoffen zijn opgelost
B
Een troebel mengsel van een fijn verdeelde vaste stof die zweeft in een vloeistof
C
Een mengsel van twee vloeistoffen waarbij de een op de ander drijft
D
een stof die een emulsie aan elkaar bindt.

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de werking van een emulgator?
A
Scheiden van 2 stoffen
B
Scheiden van meerdere stoffen
C
Verbinden van stoffen die niet mengen
D
Oplossen van stoffen

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Van welke afkomst worden grondstoffen voor cosmetische producten gebruikt?
A
Plantaardige, synthetische en minerale afkomst
B
Plantaardige, dierlijke en synthetische afkomst
C
Plantaardige, dierlijke en minerale afkomst

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Plantaardige stoffen kunnen snel oxideren, wat betekent oxideren?
A
Een reactie waarbij het product over de datum gaat
B
Chemische reactie waarbij een stof reageert op zuurstof
C
Wanneer een stof waterig wordt

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Hulpstoffen bestaan uit 4 onderdelen, welke 4 zijn dit?

Slide 24 - Mind map

This item has no instructions

“Werkstoffen en werkzame stoffen zijn hetzelfde.”
Juist of onjuist? En leg uit waarom!

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Hydrofiel
Hydrofoob
Lipofiel
Lipofoob
Hygroscopisch
Hydratant
Vochtafstotend
Vochtopnemend
Vetopnemend
Vetafstotend
Vochtaantrekend
Vochtvasthoudend

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions