4eau Motor opbouw

Opbouw van de motor 
1 / 52
next
Slide 1: Slide
LandbouwtechniekMBOStudiejaar 1

This lesson contains 52 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Opbouw van de motor 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Verbrandingsmotoren 

Engergievormen

Slide 4 - Slide

Engergievormen
Hoofdonderdelen

Hoofstuk 1 
Engergievormen

Slide 5 - Slide

Engergievormen
Chemische energie - Brandstof

Thermische energie - Warmte

Mechanische energie - Beweging

Slide 6 - Slide

Verbrandingsdriehoek

Slide 7 - Slide

Verbrandingsdriehoek
Voor een volledige verbranding hebben we alle componenten uit de driehoek nodig. 
Mist er eentje? Dan is de verbranding niet volledig.

Natuurlijk kan er ook te veel zijn van een component. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Als de motor te weinig lucht krijgt is de verbranding:
A
Is de verbranding volledig
B
Is de verbranding onvolledig
C
Hij krijgt lucht dus het is goed
D
Het maak niet uit hoeveel lucht hij krijgt

Slide 10 - Quiz

Mijn brandstoffilter zit verstopt. De motor krijgt niet genoeg brandstof. Wat aan kan ik dat merken?
A
De motor gaat zwart roken
B
De motor gaat blauw roken
C
De motor valt uit
D
De motor heeft meer trekkracht

Slide 11 - Quiz

Er is een lekkage in de verbrandingsruimte. Daardoor blijft de compressie laag. Wat is het gevolg?
A
Oververhitting van de motor
B
Brandstof lekkage
C
Vermogens verlies
D
Slecht starten

Slide 12 - Quiz

Motoronderdelen


Onderblok
Cilinderkop
Carter

Slide 13 - Slide

Onderblok
Het middelste gedeelte van een verbrandingsmotor noemen we het Onderblok, ook wel het draaiende gedeelte genoemd, omdat krukas, nokkenas en distributie hierin zijn gemonteerd. 
In dit deel van de motor bevinden zich de volgende onderdelen:

De krukas - De nokkenas -De drijfstangen 
-De zuigers - De cilinders

Slide 14 - Slide

Onderblok
4 Koelvloeistof
5 Motorblok
10 Zuiger
11 Drijfstang
12 Kruktap
13 Krukas

Slide 15 - Slide

Cilinder en cilindervoering 
In plaats van rechtstreeks in het blok te boren past men meestal al dan niet verwisselbare cilindervoeringen toe. Het materiaal van een cilindervoering moet immers aan andere eisen voldoen dan het materiaal van een cilinderblok. Bij watergekoelde motoren worden twee soorten cilindervoering toegepast. De droge cilindervoering is permanent in het blok gemonteerd en kan soms hooguit met behulp van een hydraulische pers worden gedemonteerd. 
De koelvloeistof kan in dit geval niet in aanraking met de cilindervoering komen. Bij de natte cilindervoering bestaat er wel contact tussen koelvloeistof en cilindervoering. 
Om een goede afdichting te krijgen wordt gebruik gemaakt van o-ringen. 
Montage en demontage kan op deze wijze vrij gemakkelijk plaatsvinden.


Slide 16 - Slide

1. Welke onderdelen zitten er in het onderblok?
A
krukas
B
drijfstangen
C
kleppen
D
zuigers

Slide 17 - Quiz

2. Door welke onderdelen wordt het draaiende gedeelte aan de
boven- en onderkant afgedekt ?
A
Carterpan en kleppendeksel
B
Cilinderkop en carterpan
C
Cilinderkop en koekepan
D
Onderblok en luchtfilter

Slide 18 - Quiz

Luchtgekoelde cilinders 
Bij luchtgekoelde motoren is sprake van cilinders waarvan het loopvlak van gietijzer is gemaakt en waar omheen koelribben van lichtmetaal zijn aangebracht. De cilinders van een luchtgekoelde motor staan los van elkaar, dit in tegenstelling tot een vloeistof gekoelde motor.  

Slide 19 - Slide

3. Wat is het verschil tussen een droge en een natte cilindervoering?
2 antwoorden.......
A
De droge cilindervoering is permanent in het blok gemonteerd. De koelvloeistof kan in dit geval niet in aanraking met de cilindervoering komen.
B
Bij de natte cilindervoering bestaat er wel contact tussen koelvloeistof en cilindervoering
C
De droge cilindervoering is los in het blok gemonteerd. De koelvloeistof kan in dit geval niet in aanraking met de cilindervoering komen
D
Bij de natte cilindervoering bestaat er wel contact tussen de olie en cilindervoering

Slide 20 - Quiz

4. Waaraan kan men zien of men met een
vloeistofgekoeide of een luchtgekoelde
motor te maken heeft ?
A
De cilinders van een luchtgekoelde motor staan los van elkaar
B
De cilinders van een vloeistofgekoelde motor staan los van elkaar

Slide 21 - Quiz

Klik op de hot-spots
2
De zuigerpen (geleidepen) verbindt de zuiger draaibaar met de drijfstang" Deze is meestal zwevend aangebracht en geborgd door middel van borgveertjes.

3
Het doel van de zuiger is:
- de verbrandingsdruk over te brengen op de drijfstang
- te zorgen voor een gasdichte afsluiting van de cilinder ten aanzien van het carter.
Het gasdicht afsluiten van de cilinder vindt plaats met behulp van compressieveren, die in de bovenste twee (bij benzinemotoren) of drie (bij dieselmotoren) zuigerveergroeven zijn aangebracht. ln de onderste zuigerveergroef is een olieschraapveer gemonteerd. Deze moet ervoor zorgen, dat niet méér olie dan strikt nodig is voor het handhaven van een smeerfilm tussen zuiger en cilinder

1
De drijfstang zorgt voor de verbinding tussen zuiger en krukas. Door
middel van een lager wordt de drijfstang met de krukas verbonden.

4
De krukas zet de op- en neergaande beweging van de zuiger om in
een draaiende beweging. Om de krukas zo gelijkmatig mogelijk tussen de arbeidsslagen in aan het draaien te houden is een vliegwiel gemonteerd.

Slide 22 - Slide

Sleep de juiste benamingen naar elkaar.
Waar wordt hij aangbracht
Koppakking
Spruitstuk
Uitlaatpakking
Onder het onderblok
Tussen cilinderkop en motorblok
Achter de koppeling

Slide 23 - Drag question

Cilinderkop
Het bovenste deel van de motor noemen we de cilinderkop. 
De cilinderkop bevat aan
de bovenzijde kleppen die ervoor zorgen dat het brandstofmengsel of de in- en uitlaatgassen 
weer uit de cilinders kunnen stromen. 
Dit zijn de inlaatkleppen en de uitlaatkleppen.

Slide 24 - Slide

Cilinderkop
1 Inlaatklep
2 Inlaatkanaal
3 Cilinderkop
6 Nokkenas
7 Uitlaatklep
8 Bougie (of injector bij diesel)
9 Uitlaatkanaal

Slide 25 - Slide

Cilinderkop
Het cilinderblok wordt aan de bovenzijde afgesloten door de cilinderkop. 
Tussen het cilinderblok en de cilinderkop wordt een speciale koppakking gemonteerd (twee plaatjes koper met daartussen asbest. 
Men dient de kopbouten volgens de voorschriften in een bepaalde volgorde en met een bepaalde kracht aan te draaien.

Slide 26 - Slide

Carter
Het carter bevind zich onder het motorblok. 
In het carter bevind zich de olie om de motor te smeren. Ook is de oliepomp daar te vinden. 
Het carter is bij veel motoren een blikken of aluminium pan. 
Bij landbouwmachines is het ook gebruikelijk dat het carter een onderdeel is van het chassis. Meestal gemaakt van gietijzer.

Slide 27 - Slide

Carter
14 carter
met daarin de smeerolie

Slide 28 - Slide

 Carterpan 
Dit deksel is onder het cilinderblok aangebracht om de bewegende delen ín het blok te beschermen en om als reservoir te dienen voor de smeerolie. Het carterpan kan gemaakt zijn van aluminium, dun plaatstaal. Omdat het de bedoeling is dat de smeerolie in de carterpan afkoelt, wordt deze zoveel mogelijk in de rijwind aangebracht. Uit welk materiaal kan carterpan nog gemaakt zijn?

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Welk onderdeel wordt aangedreven door de krukas?
A
De nokkenas
B
Het carter
C
De bougie
D
De inlaatklep

Slide 31 - Quiz

Stelling:
"De kleppen gaan altijd op tijd open en dicht"
A
Dat is toeval
B
Het maakt niet uit wanneer ze open gaan
C
Het maak niet uit wanneer ze dicht gaan
D
De krukas en nokkenas zorgen daar voor

Slide 32 - Quiz

Mijn heftruck heeft een eigen chassis waar de motor in hangt.
Waar is mijn carter van gemaakt?
A
Blik of aluminium
B
Gietijzer
C
Kunstof
D
Bij een eigen chassis is er geen carter nodig

Slide 33 - Quiz

Motoronderdelen

4 Takt (slag) Motoren

De meeste grote mobiele werktuigen hebben 4 takt motoren. De complete verbranding vindt plaats in 4 slagen van de zuiger.
De krukas gaat in die vier slagen twee keer rond.

Slide 34 - Slide

4 takt motoren
4 takt motoren worden veelal gebruikt in auto's, motorfietsen, trekkers, shovels, heftrucks, zitmaaiers enz. Eigenlijk vinden we ze overal. 
Het toerenbereik varieert tussen de 500 en 7000 omw/min. (toeren) Daardoor zijn deze motoren breed inzetbaar.

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Motoronderdelen

2 Takt (slag) Motoren

Oudere tractoren en tuin en park machines hebben vaak 2 takt motoren. De verbranding vind plaats in 2 slagen van de zuiger. De krukas gaat voor een complete verbranding maar één keer rond. 

Slide 39 - Slide

2 takt motoren
Het voordeel van 2 takt motoren is dat er niet altijd kleppen nodig zijn. Dat scheelt gewicht, en is goedkoop om te produceren. 
Ook is een voordeel van tweetaktmotoren dat er elke omwenteling van de krukas een verbranding plaats vind. Daardoor kan je snel erg hoge toeren halen tot wel 16000 omw/min! 

Slide 40 - Slide

2 takt motoren
Ook zijn er nadelen aan deze motoren. 
Het vermogen ligt pas bij hoge toeren. Dus bij lage toeren is de motor niet erg sterk. 
Ook wordt in de meeste gevallen de krukas gesmeerd door de brandstof. Daarom wordt er mengsmering getankt.

Deze motoren zijn daardoor niet breed inzetbaar. 

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Video

Bij een 4 takt motor.....
A
Gaat de krukas 4 keer rond voor een hele verbranding
B
Gaat de nokkenas 4 keer rond voor een verbranding
C
Gaan de kleppen 4 keer open per verbranding
D
Maakt de zuiger 4 keer een beweging

Slide 43 - Quiz

Bij een 4 takt dieselmotor komt de lucht in de cilinder door.....
A
De uitlaatklep
B
De inlaatspoelpoort
C
De inlaatklep
D
Het carter

Slide 44 - Quiz

Bij een 4 takt motor wordt de krukas en drijfstang gesmeerd door...
A
Olie in het carter
B
Vetsmering
C
De diesel die in de cilinder komt
D
De olie die gemengd is met de brandstof

Slide 45 - Quiz

Bij een 2 takt motor worden toeren behaald tot wel:
A
2300 Omw/min
B
16000 Omw/min
C
7000 Omw/min
D
20000 Omw/min

Slide 46 - Quiz

Voor een volledige verbranding bij een 2 takt motor gaat de krukas.....
A
1 keer rond
B
2 keer rond
C
3 keer rond
D
4 keer rond

Slide 47 - Quiz

Wat komt er bij de inlaatslag in de cilinder van een 2 takt motor?
A
Lucht
B
Benzine
C
Lucht gemengd met brandstof
D
Mengsmering

Slide 48 - Quiz

Wat zie ik hier?
A
1 cilinder motor
B
2 cilinderlijn motor
C
V 2 cilinder motor
D
2 cilinder boxer motor

Slide 49 - Quiz

Wat zie ik hier?
A
4 cilinder motor
B
6 cilinder-lijn motor
C
V 4 cilinder motor
D
6 cilinder boxer motor

Slide 50 - Quiz

Wat zie ik hier?
A
2 cilinder motor
B
2 cilinder-lijn motor
C
V 2 cilinder motor
D
2 cilinder boxer motor

Slide 51 - Quiz

Voor de volgende keer:
?

Slide 52 - Slide