herhaling u2 + kruiswoordpuzzel + toets retour

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Plattegrond

Romy	Kiki	Jazlynn	Trish	Perla	Shania
Kyano	Joël	Diego	Nick	Alec	Nguyen
Elise	Salma	Lina	Anna	Hafsa	Aman
Sèna	Dione	Femke	Leona	Tessa	Fien
Rafa	Jelle	Brandon			Thijmen
				Docent

Plattegrond

Romy	Kiki		Jazlynn	Trish	Perla			Brandon
Kyano	Joël		Diego	Nick	Jelle		Alec	Nguyen
Elise	Salma		Lina	Anna	Shania		Hafsa	Aman
Sèna	Dione		Femke	Leona	Rafa		Tessa	Fien
								Thijmen
							Docent

BONJOUR ET BIENVENUE

Bonjour

et 

bienvenue!!

la tâche de début

Vertaal onderstaande zinnen:

Traduisez les phrases:

- Tu as perdu ton portable?

- Mon ordinateur est chargé

- Quel est le code de wifi? 

Na 2 minuten vraag ik iemand om voor te lezen en iemand om de vertaling

Aujourd'hui

Programme:

• La tâche de début
• Lessonup: alles van unité 2
• Kruiswoordpuzzel

Prenez votre chromebook

Log in sur lessonup.app.

Gebruik je eigen naam.

Inhoud lessonup:

Alles van unité 2 (ter voorbereiding op de toetsweek)

• passé composé
• Vocabulaire
• Getallen
• Phrases-clés (zinnen) 

Wat is de passé composé?

1. De tegenwoordige tijd (ik dans)
2. De verleden tijd (ik danste)
3. De voltooide tegenwoordige tijd (ik heb gedanst)
4. De voltooide verleden tijd (ik had gedanst)

Tu (manger = eten, passé composé)

passé composé

1. as mangé
2. a mangé
3. est mangé
4. es mangé

Passé Composé: Ik heb gespeeld

1. Vous suis joué
2. Tu as joué
3. J'ai jouer
4. J'ai joué

Hij heeft gezongen (in de passé composé)

1. Il a chanté
2. Elle a chanté
3. Il est chanté
4. Il a chante

Passé Composé: Ik ben geweest

1. J'ai eu
2. Je suis êté
3. J'ai été
4. J'ai fait

Vocabulaire

apprendre 8

de diefstal

l'appli

cassé

partager

tomber

le vol

de applicatie

kapot

vallen

delen, verdelen

Zet de getallen van klein naar groot

quatre-vingt-deux

quatorze

quatre-vingt-dix-sept

soixante-huit

trente-trois

cinquante-cinq

vertaal:
Il a volé mon portable

Kruiswoordpuzzel

Maak de kruiswoordpuzzel.

Gebruik de vocabulaire van unité 2 (p.72-75)

Je mag samenwerken & hardop overleggen

Klaar? Inleveren + naam. Daarna mag je wat voor jezelf doen (weektaak)