meervoudsuitgangen

meervoudsuitgangen
1 / 38
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

meervoudsuitgangen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Meervoud van zee?
A
zees
B
zeeën
C
zeën

Slide 7 - Quiz

meervoud van kolonie?
A
kolonieën
B
koloniën

Slide 8 - Quiz

Meervoud van porie
A
poriën
B
porieën
C
pories
D
geen meervoud

Slide 9 - Quiz

wat is het meervoud van kerstbal?
A
kerstbalen
B
kerstbals
C
kerstballen
D
alle 3 de antwoorden zijn goed

Slide 10 - Quiz

Wat is het meervoud?
A
kroketten
B
kroketen

Slide 11 - Quiz

Meervoud op -en
Meervoud op -s
Meervoud op -'s
Meervoud op -eren
Geen meervoud
rijst
kassa
leeuw
tafel
kind

Slide 12 - Drag question

Wat is het meervoud?
A
machine
B
machientjes
C
machines
D
machine's

Slide 13 - Quiz

Wat is het meervoud?
A
caloriën
B
calorieën

Slide 14 - Quiz

Meervouden met vaste s
Meervouden met 's
sporter
taxi
dvd
bureau
buffel
studie
pyjama
baby
garage
neushoorn

Slide 15 - Drag question

Meervoud op -en
Meervoud op -s
Meervoud op -'s
auto
bureau
geest 
hotel
computer
klinker
draak
lokaal
excursie
lolly
manier 
menu
muzikant 
opa
pyjama

Slide 16 - Drag question

Meervoud van categorie
A
categories
B
categorieën
C
categoriën

Slide 17 - Quiz

Het enkelvoud of meervoud van de persoonsvorm hangt af van het enkelvoud of meervoud van […].
A
onderwerp
B
gezegde
C
lijdend voorwerp
D
meewerkend voorwerp

Slide 18 - Quiz

Meervoud op -en
Meervoud op -'s
Twee meervouden
Bijzonder meervoud
Geen meervoud
rijst
kassa
leeuw
gedachte
zeeman

Slide 19 - Drag question

Bij deze woorden schrijf je in het meervoud een apostrof en dan een -s, dus 's (voorbeeld: lolly - lolly's)
Bij deze woorden schrijf je in het meervoud de -s eraan vast (bijvoorbeeld: tip - tips)
machine
diploma
cadeau
infectie
accu
polo

Slide 20 - Drag question

Wat is het meervoud van
rund

A
runderen
B
runden
C
runds
D
heeft geen meervoud

Slide 21 - Quiz

Het meervoud van allergie is:
A
allergiën
B
allergieën
C
allergies
D
allergiën en allergies

Slide 22 - Quiz

Wat is het meervoud van:

klei
A
kleien
B
kleiën
C
kleis
D
geen meervoud

Slide 23 - Quiz

Wat is het meervoud van:

massa
A
massas
B
massa's
C
massaas

Slide 24 - Quiz

Meervouden met vaste s
Meervouden met 's
schakelaars
taxi
dvd
cadeau
coupé
studie
dilemma
lolly
horloge
whiskey

Slide 25 - Drag question

Wat is het meervoud van:

historicus
A
historici
B
historicussen
C
historica
D
geen meervoud

Slide 26 - Quiz

Meervoud op -en
Meervoud op -'s
Twee meervouden
Bijzonder meervoud
Geen meervoud
melk
alpaca
broek
centrum
ei

Slide 27 - Drag question

Wat is het meervoud van:

kalf
A
kalfs
B
kalfen
C
kalven
D
kalveren

Slide 28 - Quiz

Wat is het meervoud van:

cowboy
A
cowboy's
B
cowboys

Slide 29 - Quiz

Wat is het meervoud van:

abonnee
A
abonnees
B
abonneeën

Slide 30 - Quiz

Wat is het meervoud van:

epidemie
A
epidemieën
B
epidemies
C
epidemiën
D
epidemieeen

Slide 31 - Quiz

meervoud
A
kroketten
B
kroketen

Slide 32 - Quiz

Meervoud
A
garages
B
garage's

Slide 33 - Quiz

Wat is het meervoud?
A
machine
B
machientjes
C
machines

Slide 34 - Quiz

Meervoud
A
pianos
B
pianoos
C
piano's
D
pianoo's

Slide 35 - Quiz

meervouden

Wat is het meervoud van idee?
timer
0:30
A
idees
B
ideeen
C
ideeën
D
ideën

Slide 36 - Quiz

Meervoud
A
taxis
B
taxi's
C
taxies
D
taxie's

Slide 37 - Quiz

Slide 38 - Slide