Par 2 Weerstand

1 / 17
next
Slide 1: Video
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

I = 5,0 A en U = 12 V
Hoe groot is de weerstand?

Slide 4 - Open question

2 mogelijkheden voor weerstand
Stroomkring wordt aangesloten op spanningsbron. 
Stroom gaat lopen door weerstand. Hierdoor stijgt de temperatuur in de stroomkring
  1. Waarde weerstand blijft constant: ohmse weerstand
  2. Waarde weerstand wordt groter: niet-ohmse weerstand

Slide 5 - Slide

Ohmse weerstand

Slide 6 - Slide

Niet-ohmse weerstand
Met wet van Ohm kan je weerstand bij iedere U en/of I berekenen

Slide 7 - Slide

Nu duiken we in de weerstand
Is opgebouwd uit een materiaal. Belangrijk zijn:

  1. Welke materiaal?
  2. Wat is de lengte waar de elektronen doorheen moeten? 
  3. Hoe groot is de dwarsdoorsnede die de elektronen tegenkomen? 

Slide 8 - Slide

In de weerstand:

  1. Welke materiaal: soortelijke weerstand 
  2. Wat is de lengte waar de elektronen doorheen moeten? l (m)
  3. Hoe groot is de dwarsdoorsnede die de elektronen tegenkomen? A (              )

mm2

Slide 9 - Slide

Getallen niet uit hoofd 
leren! Formule wel 
kennen.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Constantaandraad l = 5,0 mm
d = 1,5 mm
R = ?
A
0,32 ohm
B
0,32 milli ohm
C
1,3 ohm
D
1,3 milli ohm

Slide 12 - Quiz

Bijzondere componenten
  1. NTC : weerstand met negatieve temperatuur coëfficiënt (R stijgt als T daalt)
  2. PTC: weerstand met positieve temperatuur coëfficiënt (R daalt als T daalt)
  3. LDR: light-dependent resistor (R stijgt als hh licht daalt)

Slide 13 - Slide

Variabele weerstand
Kan iedere waarde aannemen tussen 0 en de maximale waarde

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Plus 'supergeleiding'
NIET

Slide 16 - Slide

OPGAVEN 
12 t/m 17, 19, 20, 21

Slide 17 - Slide