Hetzelgde geldt voor het voltooid deelwoord. Ook hier komt er -ED achter het werkwoord.
to walk --> have/has walked
to smile --> have/has smiled
to cry --> have/has cried
Bij de ONREGELMATIGE werkwoorden moet je het voltooid deelwoord leren. (Rij 3).
to be --> have/has been
to have --> have/has had
to fly --> have/has flown