elektra les 2 paragraaf 2.1

Kennen en Kunnen
  • Herkennen van een stroomkring.
  • De stroomkring moet gesloten zijn.
  • Wat zijn stroombronnen.
  • Hoe kun je de stroomsterkte meten.
  • Hoe maak je een serie stroomkring.
  • Hoe maak je een parallelle stroomkring.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Kennen en Kunnen
  • Herkennen van een stroomkring.
  • De stroomkring moet gesloten zijn.
  • Wat zijn stroombronnen.
  • Hoe kun je de stroomsterkte meten.
  • Hoe maak je een serie stroomkring.
  • Hoe maak je een parallelle stroomkring.

Slide 1 - Slide

Wat hebben we de vorige lessen besproken?

Slide 2 - Mind map

De vorige les, wat weet  je  al!
  • Stroomdraden geleiden de elektrische stroom.
  • Bij elektrische stroom bewegen de elektronen door een stroomdraad.
  • Het stopcontact levert 230 V

Slide 3 - Slide

De stroomkring

Stroom moet rondgaan daarom moet een stroomkring ook gesloten zijn.

Als er een gat in de stroomkring zit kan de stroom niet rondgaan en stopt de werking.


Het tekenen van een stroomkring (schematisch).

  • Teken met een liniaal en een potlood.
  • Gebruik de juiste symbolen.

Slide 4 - Slide

De stroomkring

Slide 5 - Slide

De stroomsterkte meten

De stroomsterkte is het aantal elektronen dat per seconde door de stroomdraad beweegt.

De stroommeter "telt" dit aantal.

Dus in de stroomkring zit een telapparaat = ampère meter of stroommeter.


Slide 6 - Slide

Oefeningen.

Maak op een blaadje een schakelschema van een spanningsbron, twee lampjes en een schakelaar.


Maak op een blaadje een schakelschema ven twee lampjes die parallelstaan (de spanningsbron hoeft niet genoemd te worden maar zit er wel in).

Slide 7 - Slide

Waarmee meet je de stroomsterkte?
A
Een volt meter
B
een kilometer
C
een ampère meter
D
een thermometer

Slide 8 - Quiz

Reken om!
0,005 A = .... mA
A
5 mA
B
50 mA
C
5000 mA
D
0,000005 mA

Slide 9 - Quiz

Kennen en Kunnen
  • Maak zelf je kennen en kunnen lijst van deze les en voeg deze toe achter in je schrift.
  • Bespreek deze Kennen en Kunnen lijst met je buur.

Slide 10 - Slide

Huiswerk

Maak de volgende opdrachten in je werboek:

Opdracht 6, 7 en 8

Slide 11 - Slide