This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Uitleg §1.1 verandering in woonbuurten
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
- PO Conflicten
- Uitleg H1.1
- Aan het werk.
Slide 2 - Slide
Video armste wijk van Nederland
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Leerdoelen
Je kent de kenmerken van woonbuurten.
Je begrijpt hoe en waarom woonbuurten veranderen.
Je kunt aan de hand van woningsoorten en woontypes uitspraken doen over woonbuurten.
Begrippen:
Woonbuurten, woonomgeving, welvaart, mobiliteit, renovatie, sanering, verpaupering en gentrificatie
Slide 5 - Slide
Kenmerken van woonbuurten
Elke woonbuurt (gebied met wonen als belangrijkste functie) heeft zijn eigen woonomgeving (kenmerken hoe het eruit ziet).
Woonbuurten veranderen doordat de samenleving verandert.
Slide 6 - Slide
Woonbuurten
Gebied met wonen als belangrijkste functie.
Een stad heeft vaak meerdere functies zoals wonen, werken en recreeren. Deze functies kan je herkennen aan het uiterlijk van de gebouwen in de stad.
Slide 7 - Slide
Woonomgeving
Kenmerken hoe het eruit ziet.
Woonbuurten zien er verschillend uit afhankelijk van de tijd waarin ze gebouwd zijn en de eisen die gesteld werden in die tijd. Dit komt omdat de samenleving verandert.
Slide 8 - Slide
De samenleving verandert
Reden:
Sinds begin 20e eeuw is de welvaart (rijkdom) toegenomen.
Gevolg:
Meer mobiliteit (verplaatsing van mensen) Daardoor zijn er meer auto’s, is er meer verkeer en gaan we vaker op vakantie. En kunnen we verder van ons werk gaan wonen in een mooiere omgeving.
Ook de overheid bemoeit zich met de woningbouw via de woningwet en eist dat bepaalde voorzieningen als een eigen badkamer in nieuwe huizen worden geplaatst.
Slide 9 - Slide
De samenleving verandert
Welke veranderingen in de woon-omgeving zijn er door de gestegen welvaart en toegenomen mobiliteit?
1 Scheiding van wonen en werken. Werken in de stad en wonen in de omgeving van de stad. Gevolg woon-werkverkeer (forensisme) en files
2 Te weinig parkeerruimte. Mensen hebben meer geld en daardoor vaker en tweede auto.
3 Minder bewoners per woning. Mee alleenstaanden, gescheiden gezinnen.
4 Minder buurtwinkels. Mensen doen boodschappen in supermarkten of laten boodschappen bezorgen.
5 Verouderde huizen of nieuwe huizen.
Slide 10 - Slide
Beeldcarrousel - De Jordaan
Slide 11 - Slide
https:
Slide 12 - Link
Aanpassing woonomgeving
De manier van leven veranderde en de woonomgeving moest aangepast worden.
Dus: buurten opknappen en woningen moderniseren om verpaupering tegen te gaan.
Dat kan op twee manieren:
Renovatie: opknappen van oude huizen
Sanering: oude huizen vervangen door nieuwbouw en de wijk herinrichten
Slide 13 - Slide
Gentrificatie
Als buurten opknappen doordat er
mensen gaan wonen met geld noem
je dat ...
Gentrificatie herwaarderen van een buurt, er komen meer rijken waardoor voor armen de buurt, vaak de binnenstad, te duur wordt. Zij verhuizen door naar andere "arme" buurten.
Slide 14 - Slide
Aan het werk.
Huiswerk voor volgende week:
Maken alle opdrachten van H1.1
Invullen topografie Europa
- Landen en hoofdsteden
- Gebieden wateren en overige steden.
Slide 15 - Slide
Wat is een kenmerk van een woonbuurt?
A
Soort huizen
B
Het heeft de functie industrie
C
Ze zien er allemaal hetzelfde uit
D
Ze veranderen niet.
Slide 16 - Quiz
Welk van onderstaande redenen is geen verandering in de maatschappij waardoor woonbuurten veranderen?
A
Toegenomen mobiliteit
B
Toegenomen analfabetisme
C
Toegenomen welvaart
D
Woningwet
Slide 17 - Quiz
De foto hiernaast is een voorbeeld van een wijk met ...
A
koopwoningen
B
huurwoningen
Slide 18 - Quiz
Waarom zijn de woonwijken van nu heel anders vergeleken met de woonwijken in de jaren 50-60?