Rechten en plichten 7.4 Misdaad en straf

Rechten en plichten
7.4 Misdaad en straf
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Rechten en plichten
7.4 Misdaad en straf

Slide 1 - Slide

Misdaad en straf
Doel:
  • je weet hoe een strafproces verloopt
  • je kent het verschil tussen verdachte en dader

Slide 2 - Slide

In een strafzaak kun je een verdachte of een dader zijn. Wat is het verschil?

Slide 3 - Open question

Zet in de juiste volgorde
Emma doet aangifte
Politie neemt proces verbaal op
De politie vindt een verdachte
De rechter doet een uitspraak
Emma is slachtoffer van een tasjesroof
De verdachte wordt een dader

Slide 4 - Drag question

Een strafzaak 

Slide 5 - Slide

Strafzaken

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

De officier van justitie
Als de politie genoeg bewijs tegen een verdachte heeft verzameld, zal de officier van justitie de verdachte vervolgen.
Hij doet in de rechtbank door te vertellen wat hij vindt dat de verdachte heeft gedaan. Hij moet daar wel bewijzen voor hebben

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

De advocaat
Als verdachte heb je recht op een advocaat. Hij helpt de verdachte in een strafzaak. Hij zal probeert de rechter te overtuigen dat de verdachte vrijgesproken moet worden. Als dat niet lukt een zo laag mogelijke straf te krijgen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

De rechter doet uitspraak
  • Hij houdt zich aan de wet, hij kent de wet en regels
  • Hij houdt rekening met de omstandigheden van misdaad en verdachte
  • De uitspraak die hij doet is bindend, iedereen moet zich er aan houden.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Pas als de rechter de verdachte schuldig vindt is hij dader.

Slide 15 - Slide

Eindopdracht
Jullie gaan een eindopdracht maken.
Die bestaat uit een toets in Lessonup en een opdracht die je op papier moet maken.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide