Je begrijpt de samenhang tussen de mondiale luchtcirculatie en de oceanische circulatie enerzijds en het voorkomen van klimaatgebieden en landschapszones anderzijds.
Je begrijpt dat de overgangen tussen landschapszones geleidelijk zijn.
Je kunt een relatie leggen tussen het klimaat van een gebied en het er voorkomende landschap.
Je kunt met behulp van bronnen en de atlas een vraagstuk op het gebied van klimaat en landschap oplossen.
Slide 4 - Slide
Landschapzones
Zes verschillende landschap zones verspreid over de aarde
Gebieden waarin bepaalde bodem en vegetatie typen domineren
Slide 5 - Slide
Tropische zone
Rondom de evenaar
Warm en vochtig
Veel begroeiing
Snelle afbraak plantenresten
Onvruchtbare bodem
Niet geschikt voor akkerbouw
Gebieden rondom kennen een droge periode in de winter
Slide 6 - Slide
Aride zone
Verder weg van de evenaar
Bomen en struiken (savanne)
Geen bomen meer (steppe)
Geen vegetatie meer (woestijn)
Voedingsstoffen in de bodem worden nauwelijks afgebroken
Met irrigatie is het goed te doen
Rotsondergrond
Slide 7 - Slide
Subtropische zone
Warm gematigd klimaat
Milder dan tropen
Kent een droge periode in de winter of zomer
Aanpassing van de vegetatie in het gebied op de droge periode
Vooral bij zomer droogte
Slide 8 - Slide
Gematigde zone
Niet bijzonder warm, koud, nat of droog
Geschikt voor bewoning
Grassteppes
Geschikt voor landbouw
Slide 9 - Slide
Boreale zone
Kouder dan de gematigde zone
Veel naaldbossen
Weinig andere vegetatie
Niet erg vruchtbare bodem
Houtkap voor papier en meubels
Slide 10 - Slide
Polaire zone
Koud
Enkele naaldbossen
Mossen en grassen (toendra)
IJskappen
Nomadisch bestaan
Slide 11 - Slide
Opdrachten maken!
Jullie gaan de verkorte leerroute en atlas opdrachten maken
De eerste 5 minuten zijn in stilte, daarna mag je samenwerken.
Heb je een vraag, steek je hand op!
Opdrachten die overblijven zijn huiswerk
Ben je klaar? Oefen de begrippen op Knowt
timer
10:00
Slide 12 - Slide
Lesdoelen
Je begrijpt de samenhang tussen de mondiale luchtcirculatie en de oceanische circulatie enerzijds en het voorkomen van klimaatgebieden en landschapszones anderzijds.
Je begrijpt dat de overgangen tussen landschapszones geleidelijk zijn.
Je kunt een relatie leggen tussen het klimaat van een gebied en het er voorkomende landschap.
Je kunt met behulp van bronnen en de atlas een vraagstuk op het gebied van klimaat en landschap oplossen.