6.4 Lenzen gebruiken

6.4 Lenzen gebruiken
Goedemorgen! 

Ga rustig zitten.

Controleer of je het huiswerk af hebt: 6.3 zou af moeten zijn.


1 / 22
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

6.4 Lenzen gebruiken
Goedemorgen! 

Ga rustig zitten.

Controleer of je het huiswerk af hebt: 6.3 zou af moeten zijn.


Slide 1 - Slide

Nog een keer even herhalen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

2 extra kleuren
Er zijn 2 kleuren die wij niet kunnen zien. Onze ogen zijn daar niet geschikt voor. 
Infrarood: IR (staat boven rood in de regenboog)
Ultra violet: UV (staat onder violet in de regenboog)

Slide 4 - Slide

Waarom witte tenten in de woestijn?
Infrarode straling zorgt voor warmte. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Lenzen
In alles wat beeld maakt zitten lenzen. Bijvoorbeeld in een verrekijker, vergrootglas, camera of een bril. 

Lenzen zijn van glas of kunststof. 

Slide 8 - Slide

Een bolle lens is dikker in het midden. 
Een holle lens is dunner in het midden. 
We lezen samen Welke soorten lenzen zijn er? op blz 103. 

We maken opdracht 1 tm 4. 

Slide 9 - Slide

Positieve lenzen

Slide 10 - Slide

Negatieve lenzen
We lezen samen Hoe gaan lichtstralen door een lens? op blz 104. 

We maken opdracht 5 tm 8. 

Slide 11 - Slide

Oefenen

Slide 12 - Slide

Brandpunt

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Brandpunt





F: Brandpunt
f: brandpuntafstand
We lezen samen Wat is er zo bijzonder aan het brandpunt van een lens? op blz 104. 

We maken opdracht 9 tm 12.

Slide 15 - Slide

Scherpe afbeelding

Een afbeelding heet beeld. Als je een beeld maakt met een bolle lens, komt het beeld op de kop te staan. 

Voorwerpafstand < beeld groter
Voorwerpafstand > beeld kleiner

We lezen samen Hoe maak je een scherpe afbeelding? op blz 105

We maken opdracht 13 tm 17.

Slide 16 - Slide

Lens -> Beeld
Een lichtstraal is nog altijd een rechte lijn. Dus door je lijn door het midden van de lens te trekken kun je het beeld omdraaien. Het beeld komt dan op de kop. 

Slide 17 - Slide

Vergroot beeld
(voorwerpafstand kleiner dan beeldafstand)
Verkleind beeld
(voorwerpafstand groter dan beeldafstand)

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Bij een bolle lens een beeld tekenen. 
We oefenen samen even met opdracht 20. 

Slide 21 - Slide

We maken het werk af. 
Lees de tekst Hoe teken je het beeld dat ontstaat van blz 105 tot en met 106

Maak opdracht 18 tm 23. 

Slide 22 - Slide