ROUS - 1.10 t/m 1.17

Welkom
4 havo ECONOMIE  ||  2023-2024
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
4 havo ECONOMIE  ||  2023-2024

Slide 1 - Slide

Wat zijn dan nu de kosten per stuk?
GTK = TK / q
GVK = TVK / q
GCK = TCK / q
GTK = GVK + GCK

Slide 2 - Slide

TW= TO-TK
TK= VK + CK

Slide 3 - Slide

Marginale kosten en opbrengsten
De marginale kosten zijn de extra kosten die een onderneming heeft als de productie met één eenheid wordt uitgebreid.

De marginale opbrengsten zijn de extra opbrengsten die een onderneming krijgt bij de verkoop van één extra eenheid. 


Slide 4 - Slide

Break-even-punt
Het break-even-punt is het punt waarbij er geen winst en geen verlies wordt gemaakt.
Dus, bij het break-even-punt geldt: TO = TK


Slide 5 - Slide

(Je hebt één bakkersoven!)
     Marginale
       kosten 
      en winst
   (MK en MW)
Samengevat
Je blijft bakkers aannemen zolang 
MO > MK. Tot je op het punt komt dat MO = MK (TW maximaal). Hierna wordt MO < MK, dus stop je met extra bakkers aannemen.

Slide 6 - Slide

Maximale winst berekenen 
Bij welke hoeveelheid goederen (=q) verkopen hebben we  maximale winst?
Maximale winst → MO = MK

MO = marginale opbrengst  → MO = GO = P
MK = Marginale kosten  → MK = GVK

Slide 7 - Slide

marginale kosten en gemiddelde kosten

Slide 8 - Slide

MO = 2,5
Bij welke afzet is er maximale winst?
A
6
B
6,5
C
4
D
dat kan je niet weten

Slide 9 - Quiz

Maximale winst is bij een hoeveelheid van
A
60
B
40
C
50
D
90

Slide 10 - Quiz

Aan de slag
Maken tot en met 1.14

Slide 11 - Slide

Marginale kosten en opbrengsten
De marginale kosten zijn de extra kosten die een onderneming heeft als de productie met één eenheid wordt uitgebreid.

De marginale opbrengsten zijn de extra opbrengsten die een onderneming krijgt bij de verkoop van één extra eenheid. 


Slide 12 - Slide

winstmaximalisatie:
MO = MK

Omdat MO > MK
gaat de producent altijd voor maximale productie

Slide 13 - Slide

Maken opdracht 1.17

Slide 14 - Slide

Opdracht 1.17
B. Met hoeveel eenheden moet ik mijn productie inkrimpen als ik maximale winst wil behalen?

Slide 15 - Slide

Opdracht 1.17
A. Hoeveel producten produceer ik als ik maximaal wil produceren zonder verlies te draaien 

Slide 16 - Slide

Opdracht 1.17
C. Toon met een berekening aan dat TCK = 600 euro bedraagt

Slide 17 - Slide

Aan de slag
Maken tot en met 1.17

Slide 18 - Slide