3.2 Lineaire grafiek bij een formule

Maken 10 
huiswerk 7
timer
5:00
1 / 23
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with text slides.

Items in this lesson

Maken 10 
huiswerk 7
timer
5:00

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt in een formule de variabelen benoemen.
  • Je kunt een woordformule veranderen in een formule met letters.
  • Je kunt in een formule de richtingscoëfficiënt benoemen.
  • Je kunt een grafiek bij een lineaire formule tekenen.

Slide 2 - Slide

Verbanden
  • In de formule inkomsten (€) = 2 x tijd (uren) hebben inkomsten en tijd iets met elkaar te maken.
  • Tussen inkomsten en tijd bestaat een verband.
  • Hoe langer je werkt, hoe meer inkomsten je hebt.
  • Een andere formule bij een verband is bijvoorbeeld inkomsten (€) = 2,50 + 6 x tijd (uren)

Slide 3 - Slide

Verbanden
  • De formule inkomsten (€) = 2,50 + 6 x tijd (uren) kun je korter schrijven.
  • Je krijgt de formule I = 2,50 + 6t.
  • Voor t kun je allerlei getallen invullen.
  • Daarom is t een variabele.
  • Ook I  is telkens  anders.
  • Daarom is I ook een variabele.

Slide 4 - Slide

Verbanden
  • De tijd t kun je meten in uren, weken dagen enzovoort.
  • De inkomsten I  kun je meten in euro's, dollars, ponden enzovoort.
  • Daarom schrijven we de betekenis en de eenheden van de variabelen onder de formule.
  • Je krijgt I = 2,50 + 6t.
  • Hierin is I de inkomsten in € en t de tijd in uren. 

Slide 5 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt in een formule de variabelen benoemen.
  • Je kunt een woordformule veranderen in een formule met letters.
  • Je kunt in een formule de richtingscoëfficiënt benoemen.
  • Je kunt een grafiek bij een lineaire formule tekenen.

Slide 6 - Slide

Voorbeeld
Karin verdient €3,43 per uur. Verder krijgt zij een vast bedrag. Karin berekent haar inkomsten met de formule 
inkomsten (€) = 4,50 + 3,43 x tijd (uren).
a. Maak van de woordformule een formule met letters.

Slide 7 - Slide

Voorbeeld
Karin verdient €3,43 per uur. Verder krijgt zij een vast bedrag. Karin berekent haar inkomsten met de formule 
inkomsten (€) = 4,50 + 3,43 x tijd (uren).
b. Hoeveel verdient Karin met 6 uur werken?

Slide 8 - Slide

Aan het werk...
vierkant: 11, 12, 13 + nakijken
cirkel: 12, 13, 15 + nakijken
ster: 13, 15, 16 + nakijken
timer
10:00

Slide 9 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt in een formule de variabelen benoemen.
  • Je kunt een woordformule veranderen in een formule met letters.
  • Je kunt in een formule de richtingscoëfficiënt benoemen.
  • Je kunt een grafiek bij een lineaire formule tekenen.

Slide 10 - Slide

Van formule naar grafiek
  • In de formule K = 10 + 0,05t is K de kosten in euro's en t de tijd in minuten.
  • Het stijggetal is het getal voor de variabele achter het = teken.
  • Dat is hier 0,05.
  • Het stijggetal noemen we vanaf nu de richtingscoëfficiënt.
  • De richtingscoëfficiënt mag je afkorten met rc.
  • De rc is hier 0,05. 

Slide 11 - Slide

Van formule naar grafiek
  • Het stijggetal noemen we vanaf nu de richtingscoëfficiënt.
  • De richtingscoëfficiënt mag je afkorten met rc.
  • In de formule I = 35 -3t is de rc -3.

Slide 12 - Slide

Van formule naar grafiek
  • Een formule met een begingetal en een richtingscoëfficiënt is een lineaire formule.
  • De grafiek ervan is een rechte lijn.

Slide 13 - Slide

Van formule naar grafiek
  • Bij een lineaire formule kun je een grafiek tekenen.
  • Soms moet je daarbij eerst bedenken welke getallen er bij de verticale as komen.
  • Je vult eerst de tabel in.
  • Daarna maak je een verdeling voor de verticale as.

Slide 14 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt in een formule de variabelen benoemen.
  • Je kunt een woordformule veranderen in een formule met letters.
  • Je kunt in een formule de richtingscoëfficiënt benoemen.
  • Je kunt een grafiek bij een lineaire formule tekenen.

Slide 15 - Slide

Voorbeeld
Bromtel berekent de kosten van telefoneren met de formule 
K = 12,50 + 0,025t. Hierin is K de kosten in euro's en t de tijd in minuten.
a. Wat is de richtingscoëfficiënt in de formule en wat betekent deze?

Slide 16 - Slide

Voorbeeld
Bromtel berekent de kosten van telefoneren met de formule K = 12,50 + 0,025t. Hierin is K de kosten in euro's en t de tijd in minuten.
b. Teken de grafiek bij de formule. Vul eerst de tabel in.

Slide 17 - Slide

Voorbeeld
Bromtel berekent de kosten van telefoneren met de formule 
K = 12,50 + 0,025t. Hierin is K de kosten in euro's en t de tijd in minuten.
b. Wat is het minimum van de grafiek?

Slide 18 - Slide

Vragen over het huiswerk?
7

Slide 19 - Slide

Aan het werk...
  • Werken aan het leswerk voor kruisjes
vierkant: 11, 12, 13, 17, 18, 19 + nakijken
cirkel: 12, 13, 15, 18, 19, 21 + nakijken
ster: 13, 15, 16, 19, 21, 22 + nakijken
  • Huiswerk 14, 20 + nakijken en insturen via teams
  • Verlengde instructie

Slide 20 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt in een formule de variabelen benoemen.
  • Je kunt een woordformule veranderen in een formule met letters.
  • Je kunt in een formule de richtingscoëfficiënt benoemen.
  • Je kunt een grafiek bij een lineaire formule tekenen.

Slide 21 - Slide

Checken
Maak L2 en L3 blz. 131
klaar? Laat het controleren bij de "docent".

Slide 22 - Slide

huiswerk

Maken 14, 20 + nakijken en insturen via teams

PW H3 6 december


Slide 23 - Slide