les opdrtachten dichtheid

Sleep de  beschrijving naar het juiste woord
Drijven
Zweven
Zinken
De dichtheid van een voorwerp is kleiner dan de dichtheid van een vloeistof
De dichtheid van een voorwerp is groter dan de dichtheid van een vloeistof
De dichtheid van een voorwerp is even groot als de dichtheid van een vloeistof
1 / 16
next
Slide 1: Drag question
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Sleep de  beschrijving naar het juiste woord
Drijven
Zweven
Zinken
De dichtheid van een voorwerp is kleiner dan de dichtheid van een vloeistof
De dichtheid van een voorwerp is groter dan de dichtheid van een vloeistof
De dichtheid van een voorwerp is even groot als de dichtheid van een vloeistof

Slide 1 - Drag question

Hoe bepaal je de dichtheid van een stof?
dichtheid =
A
massa x volume
B
volume x massa
C
massa : volume
D
volume : massa

Slide 2 - Quiz

welke vloeistof heeft de ...
laagste dichtheid
hoogste dichtheid

Slide 3 - Drag question

Welke stof heeft de grootste dichtheid?

Slide 4 - Drag question

Bereken de dichtheid van het blokje.
p=(cm3g)
    dichtheid = 
 massa: volume

Slide 5 - Open question

De dichtheid van de badeend is ...... dan/als de dichtheid van water
A
Groter
B
Kleiner
C
Gelijk
D
Geen idee

Slide 6 - Quiz

De dichtheid van de sleutel is ......... dan de dichtheid van water
A
Groter
B
Kleiner
C
Gelijk
D
Geen idee

Slide 7 - Quiz

Bereken de dichtheid

Slide 8 - Open question

De dichtheid van een steen is groter dan de dichtheid van water.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

De dichtheid van ijs is ....
dan de dichtheid van water





















































































































De dichtheid van ijs is ....... dan de dichtheid van water.
A
GROTER
B
KLEINER

Slide 10 - Quiz

Welke twee grootheden heb je nodig om de dichtheid te berekenen?

Slide 11 - Mind map

Zijn de woorden aan de linkerkant stofeigenschappen?
Sleep ze naar het goede vak aan de rechterkant
Stofeigenschap
Geen
stofeigenschap
Vorm (vierkant / rond / ...)
Smaak
Temperatuur
Breekbaar
Dichtheid

Slide 12 - Drag question

Je ziet hier een maatcilinder met 3 vloeistoffen. 
De vloeistoffen hebben elk een andere dichtheid. 
De stoffen hebben een kleur voor de duidelijkheid.
Sleep de naam van de stof naar de juiste plek.
Gebruik de tabel.
water
olijfolie
benzine

Slide 13 - Drag question

Wat is de eenheid van dichtheid?
Dus waar drukken we dichtheid in uit?
A
mg/ml
B
cm3/g
C
g/cm3
D
km/dag

Slide 14 - Quiz

niet in te delen
Dichtheid
Adsorberen
Destilleren
Bezinken en afschenken
Kookpunt
Oplosbaarheid
Verbranden
Deeltjesgrote
Indampen
Extraheren
Filtreren

Slide 15 - Drag question

De dichtheid van ijs is
____ dan de dichtheid
van water





















































































































De dichtheid van ijs is ....... dan de dichtheid van water.
A
GROTER
B
KLEINER

Slide 16 - Quiz