Theorie 1 Basis KV Haarverzorging

Theorie 1 Basis KV Haarverzorging
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Theorie 1 Basis KV Haarverzorging

Slide 1 - Slide

Geef de definitie van een kapsalon:

Slide 2 - Open question

Noem 3 plekken waar je als kapper kan werken

Slide 3 - Open question

Wat heeft iemand met alopecia
A
Blijvend haarverlies
B
Het haar wordt vroegtijdig grijs
C
Een ziekte op de hoofdhuid
D
Het haar wordt erg dun

Slide 4 - Quiz

Wat is empathie?
A
Het vermogen om anderen te overtuigen
B
Het vermogen om je te verplaatsen in de gevoelens van een ander
C
Het vermogen om je verstand te gebruiken
D
Het vermogen om snel keuzes te maken

Slide 5 - Quiz

Bij zakelijk telefoneren hoort zakelijk taalgebruik. Welke van onderstaande zinnen is het meest geschikt als je iemand doorverbind?
A
Even wachten, ik zet je door.
B
Een moment geduld alstublieft, ik verbind u door.
C
Ik ga iemand zoeken.
D
Momentje, je wordt doorverbonden.

Slide 6 - Quiz

Je gaat afrekenen met een meneer Zwaans. Hij heeft zijn haren laten knippen en koopt een shampoo. De totale prijs is €34,50. De klant betaalt met een briefje van vijftig. Welk bedrag geef je aan de klant terug?

Slide 7 - Open question

Noem 2 functies van het haar

Slide 8 - Open question

Opbouw van het haar
geschubde laag
Dit is de buitenste laag van het haar.  Bij gezonde en vette haren liggen de schubben mooi glad en dakpansgewijs over elkaar heen. Bij droog en beschadigd haar staat de schubbenlaag open. 
schors
Dit is de middelste laag. Deze laag bestaat uit langgerekte cellen. Deze laag ligt meteen onder de schubbenlaag. Deze laag maakt het haar sterk en elastisch.
merg
Dit is het binnenste deel van de haar. Vanuit het merg worden de vetcellen gevormd.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Je ziet hier de doorsnede
van een haar.
Welk cijfer geeft de merg aan
A
1
B
2
C
3

Slide 11 - Quiz

Analyse van de conditie van de hoofdhuid en het haar
Bij het analyseren van de conditie van de hoofdhuid en het haar begin je met de volgende punten te bekijken.
Vette hoofdhuid en haar: het haar voelt vaak plakkerig aan en de huid heeft dan vaak grove poriën. De talgklieren scheiden dan teveel talg af.
Droge hoofdhuid en haar: bij een tekort aan talg voelt het haar droog en broos aan. De huid heeft fijne poriën.
Normale hoofdhuid en haar: hier tref je geen bijzonderheden aan, niet vet en niet droog.
Schilferige hoofdhuid en roos: dit wordt veroorzaakt door een te snelle celdeling. Bij vet haar blijft de roos op de hoofdhuid liggen en bij droog haar zit de roos door het hele haar en valt het er makkelijk uit.
Gevoelige hoofdhuid: deze hoofdhuid is snel geïrriteerd. De huid kan er rood uit zien.

Slide 12 - Slide

Wat beschermt de huid tegen uitdroging en irritatie?
A
De bloedvaten
B
De spieren
C
De talgklieren
D
de zenuwen

Slide 13 - Quiz

Wat gebeurt er bij mensen die grijs worden?
A
De PH- waarde neemt af.
B
De PH-waarde stijgt
C
Melanine neemt af.
D
Melanine neemt toe.

Slide 14 - Quiz

Bij welk huidtype hoort het volgende kenmerk 'Grove poriën'
A
Normale huid
B
Droge huid
C
Vette huid

Slide 15 - Quiz

Bij welk type haar hoort de volgende omschrijving:
'Het haar glanst aan de aanzet'
A
Droog haar
B
Normaal haar
C
Vet haar
D
Beschadigd haar

Slide 16 - Quiz

Noteer 2 kenmerken van zeer beschadigd haar

Slide 17 - Open question

Wat laat de haarinplant zien?
A
De groeirichting en haar dichtheid
B
De groeirichting en haarstructuur
C
De haardichtheid en de haarstructuur
D
De haarstructuur en de haardikte

Slide 18 - Quiz

Wat is een kenmerk van een haarpakking
A
De inwerktijd is 10 tot 15 minuten
B
Na inmasseren direct uitspoelen.
C
Op de aanzet aanbrengen.
D
Op droog haar aanbrengen.

Slide 19 - Quiz

Wie verplicht het dragen van handschoenen in een kapsalon
A
De arbodienst
B
De huisarts
C
De klanten
D
De werknemers

Slide 20 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een tijdelijke omvorming
A
Volume permanent
B
Japans Straighten
C
Keratinebehandeling
D
Krullen met een krultang

Slide 21 - Quiz

Bij welke kam hoort de volgende omschrijving: 'je kunt hiermee haren in precieze stukken verdelen en haren touperen'
A
Grove kam
B
Knipkam
C
Puntkam
D
Vorkkam

Slide 22 - Quiz

Waarom moet je zowel links- als rechtshandig föhnen?
A
Omdat het snoer dan niet over de klant heen valt.
B
Omdat je dan je armen minder belast.
C
Omdat je dan meer overzicht hebt.
D
Omdat je dan sneller kunt werken.

Slide 23 - Quiz