leerjaar 1 - p2 revision

leerjaar 1
periode 2
1 / 50
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo lwoo, kLeerjaar 1

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

leerjaar 1
periode 2

Slide 1 - Slide

hoe zeg je dat je geen dorst hebt?

Slide 2 - Open question

wat is de vertaling van "mushroom"
A
tomaat
B
ui
C
sauce
D
champignons

Slide 3 - Quiz

which of these are NOT vegetarian?
A
salad
B
onion
C
meat
D
apple

Slide 4 - Quiz

Which one of these is NOT a hot?
A
coffee
B
apple juice
C
tea
D
soup

Slide 5 - Quiz

hoe schrijf je 'kip' in het engels?

Slide 6 - Open question

hoe vertaal je 'I prefer' naar het nederlands?

Slide 7 - Open question

geef antwoord: "do you like coffee? or do you prefer tea?"

Slide 8 - Open question

hoe zeg je "ik zou graag ...... willen" in het engels.
A
I would like
B
I want
C
I really want
D
I need

Slide 9 - Quiz

Is it fastfood or not?
YES
NO

Slide 10 - Drag question

Where are you from? And where do you live?

Slide 11 - Mind map

translate "meestal"
A
always
B
barely
C
sometimes
D
most of the time

Slide 12 - Quiz


what is this called?
A
a hill
B
a mountain
C
a slope
D
north

Slide 13 - Quiz

vertaal "grens" naar het Engels.

Slide 14 - Open question

welke windrichtingen ken je? in het Engels.

Slide 15 - Mind map

voorzetsels
  • in
  • next to
  • between 
  • below
  • near

Slide 16 - Slide

we live in the north of the Netherlands
A
correct
B
wrong

Slide 17 - Quiz

no, we live in the ....... of the Netherlands.

Slide 18 - Open question

Germany is to the East of the Netherlands.
A
correct
B
wrong

Slide 19 - Quiz

Italy is in the West of Europe.
A
correct
B
wrong

Slide 20 - Quiz

het verschil tussen deze twee zinnen?

Portugal is to the west of Spain.

Southhampton is in the south of the country.

Slide 21 - Slide

vertaal "zuid-holland is below noord-holland"

Slide 22 - Open question

vertaal "Breda is near Tilburg"

Slide 23 - Open question

"uitleggen"
A
to tell
B
to understand
C
to mention
D
to explain

Slide 24 - Quiz

voegwoorden

Slide 25 - Slide

welke voegwoorden herinner je je nog?

Slide 26 - Mind map

vertaal "I like playing rugby because I love being outdoors"

Slide 27 - Open question

what is this?
A
swim clothes
B
swimsuit

Slide 28 - Quiz

what do you see in the back?
A
a bosch
B
a forest
C
a desert

Slide 29 - Quiz

1. een kast waarin kleding wordt bewaard.
A
to collect
B
dining room
C
furniture
D
wardrobe

Slide 30 - Quiz

2. een verzamelnaam voor meubelstukken
A
sofa
B
ceiling
C
furniture
D
wardrobe

Slide 31 - Quiz

3. een meubelstuk waar je met meer personen op kunt zitten
A
living room
B
ceiling
C
sofa
D
to paint

Slide 32 - Quiz

4. in deze kamer wordt vooral gegeten
A
dining room
B
living room
C
bedroom
D
bathroom

Slide 33 - Quiz

5. dit doe je als je veel van dezelfde spullen (maar dan net andere types) wil bewaren
A
to paint
B
to collect
C
to make
D
to break

Slide 34 - Quiz

6. de bovenkant van een kamer
A
walls
B
floor
C
ceiling
D
door

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Slide

het is veraf en het zijn er meerdere
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 37 - Quiz

vertaal:
"deze appels zijn heerlijk"

Slide 38 - Open question

vertaal:

"voorgerecht"
A
starter
B
main course
C
dessert

Slide 39 - Quiz

vertaal:

"do you like rice with ketchup?"

Slide 40 - Open question

vertaal:

Ï would like a cheese sandwich"

Slide 41 - Open question

vertaal:
"history"

Slide 42 - Open question

vertaal:
"border"
A
lijn
B
grens
C
land
D
vlucht

Slide 43 - Quiz

vertaal:
Kosovo is to the south of Serbia

Slide 44 - Open question

zet in de juiste volgorde:
Dutch / speak / in / the / people / Netherlands

Slide 45 - Open question

zet in de juiste volgorde:
flat / with / inhabitants / country / a / Netherlands / the / is / lot / a / of 

Slide 46 - Open question

My grandfather _________ (to walk) to the park.
A
walk
B
walks
C
walking
D
to walk

Slide 47 - Quiz

vertaal:
"avond"

Slide 48 - Open question

vertaal:
"tekenen"

Slide 49 - Open question

vertaal:
"vandaag"

Slide 50 - Open question