Les 6

Ecologie
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Ecologie

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Uitleg paragraaf 4
Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Paragraaf 4
Populatie

Slide 3 - Slide

Binnen een populatie:
Concurrentie= om voedsel, partners, ruimte of licht (planten)
Samenwerking (coöperatie)= jagen, nestbouw, verdediging, taakverdeling (bijen).

Voorbeelden?

Slide 4 - Slide

populatiedichtheid
grootte van een populatie
land= per oppervlakteeindheid bv 2 paardenbloemen per vierkante meter.
water= per volume eenheid bv. 22 watervlooien per liter
te grote dichtheid= uitputting van hulpbronnen, sneller verspreiding van ziektes
te kleine dichtheid= minder voortplantingskansen. 

Slide 5 - Slide

verspreidingspatroon:
1. Gegroepeerd. voorbeeld?
2. Regelmatig verspreid. voorbeeld?
3. Willekeurig verspreid. voorbeeld?

Slide 6 - Slide

veranderingen in populatiedichtheid
Dichtheidsafhankelijke factoren= populatie wordt kleiner door een grote populatiedichtheid (of juist groter).

dichtheidsonafhankelijk factoren= worden veroorzaakt door het klimaat.

Slide 7 - Slide

Dichtheidsafhankelijke factoren
predatie, parasitisme, ziekte, voedselconcurrentie 

Een populatie kan schommelen om een evenwichtswaarde= 
biologisch evenwicht (afbeelding 21).

Binnen een ecosysteem is sprake van zelfregulatie > het ecosysteem wil terug naar een evenwicht. Voorbeeld konijn en vos.


Slide 8 - Slide

dichtheidsonafhankelijk factoren
Ongunstig= strenge winter, hevige sneeuwval, overstroming, bosbrand > populatie neemt af in aantal. 

Gunstig= zachte zomer/ winter, 


Slide 9 - Slide

Veranderingen in populatiedichtheid meten:
- geboortecijfer
- sterftecijfer
- immigratie = im= in
- emigratie = em = ex = exit

Slide 10 - Slide

geboortecijfer
aantal jongen per jaar per 1000 individuen (binnen een populatie)

aseksuele voortplanting= geen seks > veel nakomelingen > geen nazorg
seksuele voortplanting= wel seks > weinig nakomelingen > wel nazorg

Slide 11 - Slide

Sterftecijfer
aantal sterftegevallen per 1000 individuen (binnen een populatie).

kan variëren per leeftijd bv oudere mensen overlijden sneller dan jongeren mensen. Bij kikker juist jong hoog sterftecijfer.


Slide 12 - Slide

uitsterven
exoten > concurrentie
natuurramp
klimaatverandering
door de mens
tolerantiegraad voor bepaalde factor wordt overschreden

Slide 13 - Slide

Door deze factoren is een populatie vrijwel nooit constant. 

Over welke factoren gaat dit?

Slide 14 - Slide

SO
14 of 15 juni
In overleg met jullie?

Paragraaf 1 t/m 4

Slide 15 - Slide

Maken
Opdracht 6

Nadenken en opzoeken:
- Hoe kan de mens ooit uitsterven?
- Hoe kan het dat wij op dit moment spreken van een overbevolking (teveel mensen op de wereld).

Slide 16 - Slide

1) Hoe kan de mens ooit uitsterven?
2) Hoe kan het dat wij op dit moment spreken van een overbevolking (teveel mensen op de wereld).

Slide 17 - Open question