De schaal van Beaufort: hiermee wordt de snelheid van de wind gemeten.
Een orkaan: een hele harde stom met minimaal windkracht 12
Een tornado: een wervelwind met zeer grote windsnelheid
Hogedrukgebied: koude lucht zakt naar beneden en drukt op de grond.
Lagedrukgebied: warme lucht is lichter dan koude lucht en stijgt op. De lucht verspreidt zich, waardoor luchtdeeltjes verder van elkaar komen.
Corioliseffect: het draaien van de wind bij een orkaan
Een meteoroloog: een weerdeskundige