Politiek: Politieke Partijen

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

stromingen en partijen

Zet de kenmerkende aspecten in chronologische volgorde:

1 : 

Tijd van ontdekkers en hervormers

& Tijd van regenten en vorsten

2:

Tijd van regenten en vorsten

& Tijd van pruiken en revoluties

3: 

Tijd van pruiken en revoluties

& Tijd van burgers en stoommachines

Tot en met de industriële revolutie opkomst 

van politiek-maatschappelijke stromingen, 

o.a. liberalisme, socialisme en confessionalisme.

Tot aan de Franse Revolutie het Ancien Régime met 

pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse, 

verlichte wijze vorm te geven: verlicht absolutisme.

De protestantse reformatie, hervorming en 

splitsing van de christelijke kerk in West-Europa.

Verbind de uitspraken met de juiste politieke stroming.

SOCIALISME

LIBERALISME

CONFESSIONALISME

Wij willen betere werkomstandigheden!

Wij willen geen verandering 

en de bijbel als leidraad! 

Wij willen zo min mogelijk bemoeienis van kerk en staat!

0

Welke politieke partijen kan jij opnoemen?

Welke politieke partijen kan jij opnoemen?

Liberalen

Protestanten

Socialisten

Katholieken

Geloof en politiek moeten samen gaan.

De overheid moet het volk meer vrijheid geven.

Gelijkheid is heel belangrijk.

Arbeiders moeten beter behandeld worden.

De overheid moet zich niet bemoeien met de markt.

Iedereen zorgt voor zichzelf. 

Geld moet eerlijk verdeeld worden.

Kleine overheid

Grote overheid

Samenwerken

Gelijkheid

Vrijheid

In de politiek worden de begrippen ‘links’, ‘rechts’, ‘progressief’ en ‘conservatief’ gebruikt.

Welke twee begrippen zijn van toepassing op de tekst? Leg je antwoord uit!

Het respect in Nederland voor andere culturen en godsdiensten leidt ertoe dat een stevig immigratiebeleid ontbreekt. De integratie is te vrijblijvend en met radicale imams wordt nog steeds liever een kopje thee gedronken dan dat zij worden vervolgd, uitgezet en dat hun moskeeën worden gesloten. De vrijheid van godsdienst is volgens Wilders en Spruyt “een groot goed, maar niet absoluut”.

rechts en conservatief