Economie rekenboek les 2 - inkoopprijs kostprijs

Startopdracht les
1. Zet je tas op de grond.
2. Pak je laptop (chromebook) eruit (niet opstarten)
3. Pak je Schrift, rekenmachine en pen.
3. De rest van tafel.
4. Wacht rustig tot dat we starten.
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Startopdracht les
1. Zet je tas op de grond.
2. Pak je laptop (chromebook) eruit (niet opstarten)
3. Pak je Schrift, rekenmachine en pen.
3. De rest van tafel.
4. Wacht rustig tot dat we starten.

Slide 1 - Slide

Economie 
Economie 

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen?
1. Welkomwoordje 
2. Inloggen lessonup
3. Herhaling 3.1
3. Nakijken 3.1 
4. Uitleg paragraaf 3.2  en aan de slag met de opdrachten
5. Afsluiting

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
1. Ik weet wat een kostprijs is en hoe dit te berekenen.
2. Ik kan uitleggen hoe we het rekenboek gebruiken.
3. Ik weet wat ik de volgende lessen kan verwachten.

Slide 4 - Slide

De online omgeving
        Lesson up                                                 Google Classroom

Slide 5 - Slide

Van inkoopprijs naar consumentenprijs
Inkoopprijs
Brutowinstmarge                     +
Verkoopprijs exclusief btw
Btw                                               +
Consumentenprijs

Slide 6 - Slide

  • inkoopprijs
  • brutowinst  +
  • verkoopprijs

€ 0,80
€ 0,40  +
€ 1,20
De inkoopprijs is € 0,80. De brutowinst opslag is 50% van de inkoopprijs.
Bereken de verkoopprijs
Voorbeeld Verkoopprijs
50% van 0,80 = 0,40

Slide 7 - Slide

Nakijken

Slide 8 - Slide

Nakijkwerk
timer
5:00
Wat ga je doen
Opdrachten rekenboek par. 3.1
1 t/m 8
Hoe ga je dit maken?
Klassikaal
Vragen?
Steek je vinger op
LET OP! 
Het stoplicht.
Lukt brutowinstmarge berekenen niet?

Kijk in google classroom -> periode 1 -> verhoudingstabel stappenplan

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Welke kosten heeft een marktkraam eigenaar?

Slide 11 - Mind map

Productiekosten
- Inkoopprijs / Kostprijs
- Loonkosten
-  Onderhoud kosten
- Huur, elektriciteit, gas, water etc.
- Verkoopmateriaal (flyers, labels, groentebakken etc)
- Overige kosten

Slide 12 - Slide

Inkoopprijs
Inkoopprijs: prijs waarvoor er ingekocht wordt
Brutowinstmarge: wat de producent wil verdienen (het verschil tussen de verkoopprijs en inkoopprijs)
Inkoopprijs + Brutowinstmarge = Verkoopprijs

De Verkoopprijs is altijd zonder btw.
Verkoopprijs inclusief BTW = Consumentenprijs

Slide 13 - Slide

Inkoopprijs of kostprijs
De prijs die je als winkelier voor de producten betaalt die je inkoopt of produceert, noem je de inkoopprijs of kostprijs.

In paragraaf 3.2  werken wij met KOSTPRIJS

Deze prijs wil je als ondernemer altijd zo laag mogelijk
houden, waarom zou dat zijn?

Slide 14 - Slide

Productiekosten 
Alle kosten die je maakt bij het produceren.
Kostprijs per product
Alle productiekosten : aantal producten
  • De productiekosten voor het maken van 12 groente smoothies bedragen
    € 19,20.
  • Wat is de kostprijs per smoothie?
Antwoord
Productiekosten :       19,20 euro           =      1,60 euro
Aantal Producten      12 smoothies 

Slide 15 - Slide

Aan de slag met rekenboek

Slide 16 - Slide

Maakwerk
timer
10:00
Wat ga je doen
Opdrachten rekenboek par. 3.2
1 t/m 5
Hoe ga je dit maken?
Samen met de buurman/-vrouw
Vragen?
Steek je vinger op
Ben je klaar? 
Wacht je rustig en mag je fluisterend praten
LET OP! 
Het stoplicht.
Lukt brutowinstmarge berekenen niet?

Kijk in google classroom -> periode 1 -> verhoudingstabel stappenplan

Slide 17 - Slide

Afsluiting

Slide 18 - Slide

Lesdoelen
1. Ik weet wat een verkoopprijs is en hoe dit te berekenen.
2. Ik kan uitleggen hoe we het rekenboek gebruiken.
3. Ik weet wat ik de volgende lessen kan verwachten.

Slide 19 - Slide

Hoe bereken je de verkoopprijs?

Verkoopprijs=...
A
Winst x Verlies
B
Verkoopprijs - Afzet
C
Brutowinst opslag x Verlies
D
Inkoopprijs + Brutowinst opslag

Slide 20 - Quiz

Wat is de brutowinstmarge?
A
Brutowinst uitgedrukt in %
B
Brutowinst uitgedrukt in % van verkoopprijs
C
Brutowinst uitgedrukt in % van inkoopprijs

Slide 21 - Quiz

Wat moet je voor volgende les meenemen en maken?

Slide 22 - Open question

Geef aan hoe leuk je de les vond.
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Huiswerk
opdracht 1 t/m 10 paragraaf 3.2 rekenboekje voor volgende les af

Slide 24 - Slide

Verkoopprijs
  • Inkoopprijs
  • brutowinstmarge
    __________________ +
  • Verkoopprijs

  • De verkoopprijs is de prijs die je in de winkel betaalt zonder BTW

Slide 25 - Slide

Verkoopprijs + Consumentenprijs
Ga naar google classroom -> Economie  

Open het rekenboek + pak een pen en schrift.

Slide 26 - Slide