les 7 Verslag schrijven intro

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 2,3

Verslag maken

Onderwerp van vandaag: Hoe schrijf ik een verslag?

Na deze les

Kan je een kort verslag schrijven aan de hand van de

 5W + H-vragen.

Een verslag schrijven

Een verslag is een beschrijving van iets dat je gezien, meegemaakt, onderzocht of gelezen hebt.

Voorbeelden van een verslag zijn: stageverslag, boekverslag, onderzoeksverslag, een verslag van een voetbalwedstrijd, een waargebeurd verhaal.

Soorten verslagen

Een verslag is een tekst waarin je beschrijft wat je hebt gedaan of wat er is gebeurd. Dit kan bijvoorbeeld een beschrijving zijn van een experiment bij techniek, een stagerapport of een beschrijving van een bezoek aan een bedrijf.

In een zakelijk verslag schrijf je alleen feiten.

In een persoonlijk verslag schrijf je ook je eigen mening. Die mening kun je op twee manieren in je verslag verwerken:

- Je schrijft eerst de feiten op. In het slot geef je je mening.

- Je wisselt feiten en mening af.

Verslag schrijven:

1. Titel : opvallend, kort en aantrekkelijk!

2.  Inleiding: introductie van je verslag/ kort antwoord op 5W+H-vragen .

3. Middenstuk: wie; wat; waar; wanneer; waarom; hoe (5W+H-vragen) en gebeurtenissen in chronologische volgorde (signaalwoorden voor tijd: eerst, daarna, toen etc.)

4. Slot: conclusie/ samenvatting/mening

Middenstuk

Wie? 

Wat?

Waar?

Waarom?

Wanneer?

Hoe?

Hoe nu verder?

Zo schrijf je een verslag. 

 Verzamel alle feiten/informatie. Hiervoor kun je de 5w+h-vragen gebruiken. 

• Noem in de inleiding het onderwerp en leg kort uit waar het verslag over gaat;

• Vertel in het middenstuk de gebeurtenissen in de volgorde waarin ze gebeurd zijn: de chronologische volgorde (signaalwoorden van tijd: eerst, toen, daarna). Hier behandel je de 5w+h-vragen uitgebreid. 
• Slot: schrijf je mening of vat alles kort samen.

Tips

• Gebruik de opdracht en je boek voor de volgorde.
• Ga alle onderdelen rustig bij langs en noteer de antwoorden op de vragen. 
• Verwerk de vragen in je zinnen.
• Maak niet te lange zinnen.

Titelpagina 

De eerste pagina van je verslag

Titel: Helemaal bovenaan staat met grote letters de titel van het verslag.

Afbeelding: Onder de titel staat en afbeelding. Het kan een foto zijn van jouw experiment of een afbeelding van internet. Vermeld daarbij wel de bron

Naam: Voor- en achternaam van jezelf en eventueel degenen met wie je samen hebt gewerkt.

Klas: Vermeld in welke klas je zit

Datum: De datum waarop je de proef hebt gedaan

School, vak en docent: Sommige docenten willen graag dat je je school, vak en leraar vermeldt. Doe het voor de zekerheid gewoon wel.

Als je deze stappen allemaal goed volgt heb je een perfecte voorpagina gemaakt

Inleiding

Een inleiding schrijven kan lastig zijn.

Wat is het doel van een inleiding? Bij een gewone tekst wil je in de inleiding het onderwerp introduceren de lezer interesseren, en de relevantie van het onderwerp aantonen.

Doel van het onderzoek. Wat onderzoek je? Voorbeeld: In de samenleving komen veel vooroordelen voor.  De vraag is of dit terecht is. In dit onderzoek kijk ik of een gemiddeld reclameblok op TV een goede afspiegeling is van de Nederlandse samenleving.

Achtergrondinformatie bij je onderzoek: Ik heb daarom drie/vier verschillende  reclameblokken bekeken. Die heb ik ook bekeken op verschillende zenders, namelijk Nederland1, RTL4 en SBS6.

Ook heb ik die bekeken op verschillende tijdstippen op de dag. 

Middenstuk

In het onderzoek geef je de overzichten weer van de verschillende reclameblokken. 

Zet er ook bij op welke zender en wanneer je dit reclame blok hebt gezien.

Vertel bij elk reclameblok wat je is opgevallen.

Doe dat voor alle drie/vier reclameblokken.

Conclusie

De conclusie is het belangrijkste deel van een verslag. Gelukkig is het niet moeilijk eentje te schrijven. Dit moet er in elk geval in staan:

Herhaal een stukje uit de inleiding:

In dit onderzoek heb ik gekeken of een gemiddeld reclameblok op TV een goede afspiegeling is van de Nederlandse samenleving.

In de reclames die ik gezien heb zijn de volgende bevolkingsgroepen niet of nauwelijks vertegenwoordigd:.........

Sommige bevolkingsgroepen zijn oververtegenwoordigd, namelijk......

Er wordt wel/niet veel gebruik gemaakt van stereotyperingen, want......

Ook  ben ik tegengekomen dat.......

Opmaak (Lay-out)

Gebruik een “standaard” lettertype zoals Arial, Calibri, Helvetica of Times New Roman met lettertype 11-13.

Gebruik koppen voor hoofdstuktitels en zorg dat je de pagina’s nummert. 

Zorg ook dat je grote lappen tekst verdeelt in alinea’s. 

Als je verslag visueel er goed uit ziet gaat je docent het zeker waarderen! 

Begin elk deel van je verslag op een nieuwe pagina.

Controle

Klaar met schrijven???

• Controleer je tekst: 

- Staat alles erin?
- Staan de gebeurtenissen in chronologische volgorde?
- Is de tekst verdeeld in alinea's? 
- Zijn alle zinnen volledig en begrijpelijk?
-  Is de tekst goed gespeld en zijn de leestekens goed gebruikt?

Binnenkort nieuwe schrijfopdracht voor 'cijfer'

 (0-V-G)

Onvoldoende, dan overschrijven!!!