literaire begrippen

literaire begrippen, samenvatting
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

literaire begrippen, samenvatting

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Kies het goede begrip bij de omschrijving


gebruik je reader vanaf blz. 13

Slide 3 - Slide

Tekst over de werkelijkheid, het is een waar gebeurd verhaal of verslag of uitleg.

Slide 4 - Open question

Het verhaal is niet echt afgelopen, je kunt zelf nog verschillende eindes erbij bedenken.

Slide 5 - Open question

De gebeurtenissen weergegeven in de volgorde waarin ze plaatsvinden

Slide 6 - Open question

Verhalen waarin meerdere vertellers optreden

Slide 7 - Open question

De plaats waar het verhaal zich afspeelt

Slide 8 - Open question


De verteller weet van alle personen wat ze denken, zien, horen en voelen, is geen personage in de tekst, overziet alles in ruimte en tijd

Slide 9 - Open question

Als het begin en het eind van een verhalende tekst vrijwel identiek aan elkaar zijn, het verhaal vormt een soort cirkel.

Slide 10 - Open question

De belangrijkste persoon in het boek

Slide 11 - Open question

Een (langere) passage binnen een verhaal dat speelt in de toekomst

Slide 12 - Open question

Een (langere) passage binnen een verhaal die speelt in het verleden

Slide 13 - Open question

Bepaalde gebeurtenissen worden wel gezegd maar niet uitgebreid beschreven

Slide 14 - Open question

De gebeurtenissen worden in een andere volgorde verteld dan die waarin ze plaatsvinden. Er kan tussendoor iets verteld worden over het verleden of de toekomst.

Slide 15 - Open question

Een tekst die verzonnen is door de schrijver.

Slide 16 - Open question

De verteller is een ik-figuur die als personage meespeelt in het verhaal, is subjectief, is vaak onbetrouwbaar, als lezer krijg je geen kennis van het innerlijk van de andere personages

Slide 17 - Open question

Het standpunt vanwaaruit de verteller de gebeurtenissen, ruimte, personages aan de lezers presenteert. Wie vertelt het verhaal of uit wiens ogen zien we de gebeurtenissen.

Slide 18 - Open question

uit hoeveel onderdelen bestaat het tweede schoolexamen
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 19 - Quiz

het schriftelijk schoolexamen gaat over
A
de literaire begrippen
B
een aflevering van Zembla
C
het Gouden ei
D
de literaire begrippen en het Gouden ei

Slide 20 - Quiz

de mondelinge schoolexamens gaan over
A
het Gouden ei
B
een aflevering van Zembla
C
Drie boeken die ik gelezen heb
D
een aflevering van Zembla en drie boeken die ik gelezen heb

Slide 21 - Quiz

ik moet mijn boekkeuze en mijn keuze van de aflevering van Zembla uiterlijk doorgeven op

Slide 22 - Open question

het is voor mij duidelijk wat ik voor SE 2 moet doen
010

Slide 23 - Poll