Observeren Signaleren en Rapporteren- ordenen van gegevens en rapporteren- lesweek 6

Observeren Signaleren en Rapporteren
Valkuilen en herhaling, lesweek 6 (laatste les van dit vak)



1 / 49
next
Slide 1: Slide
BeroepsorientatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Observeren Signaleren en Rapporteren
Valkuilen en herhaling, lesweek 6 (laatste les van dit vak)



Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Energizer.. Ik zie, ik zie wat jij niet ziet!

Slide 2 - Slide

Een student neemt een voorwerp in het lokaal in gedachten.

De andere studenten mogen alleen gesloten vragen stellen, waar de student met ja of nee op mag antwoorden.

Raden de binnen 2 minuten het voorwerp?

(Te makkelijk? Lukt het ook binnen 1 minuut?)
Programma- vandaag 
Deel 1 (90 min.)

  • Welkom, Lesdoelen
  • Lesdoelen vandaag
  • Algemene planning
  • Terugblik vorige les 

  • Theorie - Valkuilen observeren 
  • Oefenen 
  • Lesdoelen check 

  • Deel 2 (45 min.) 
  • Evaluatie lessenreeks/vak 
  • Leeropbrengst 
  • Vooruitblik en vragenronde 

Le
Lesuren: 3 (45 min x 3) 
Lesweken : 6
Boek: Methodisch werken Thema 3
Afsluiting: Eindopdracht school + BPV

Slide 3 - Slide

Deel 1: 90 min (2 x45 min)

Welkom en AWR 5 
Energizer 5 
Programma doornemen 3 
lesdoelen 2
algemene planning 5
---------------------------------------20 min 

Terugblik en check------------------10 min 

Theoretisch gedeelte 1 - 45 min 

Leeractiviteit 5-------------10 min (niet af?? neem dit mee naar volgende week!) 

Afsluiting lesdoelen----------------- 10 min 
 ---------------------------------------------
90 min. Totaal 


Deel 2:  
Geen stage? of geen rapportage bij zich? Studenten doen dit tijdens HWB. En kunnen aan de slag met de leeractiviteiten.  --------------------45 min 


Lesdoelen
Aan het einde van deze les kun jij:
- Benoemen welke valkuilen er zijn bij het observeren. 
- Uitleggen in je eigen woorden wat de begrippen: Halo-effect, Horn-effect, vooroordeel, selffulfilling prophecy, projectie, emotionele betrokkenheid betekenen 

- Uitleggen welke leeropbrengsten je hebt behaald met deze lessenreeks 
- De opgedane theorie en vaardigheden van de afgelopen weken rondom observeren, signaleren, rapporteren toepassen in praktijksituaties. 










Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Algemene planning 
Let op! Alle informatie komt terug in de lessen. Het is dus belangrijk dat je alle lessen volgt!! 
Mis je een les? Bestudeer dan zelf de lesson-up en vraag naar aantekeningen van je medestudent.
Eigen verantwoordelijkheid! 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Terugblik vorige les!

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Benoem voordelen en nadelen van schriftelijke rapporteren?

Slide 7 - Mind map

Voordelen van schriftelijke rapportage
  • Je kunt het controleren.
  • Iedereen krijgt dezelfde informatie.
  • Je kunt veel informatie overdragen.
  • Je kunt complexe informatie beschrijven.
  • Alle betrokkenen kunnen het altijd teruglezen.
  • De lezer kan de informatie op eigen tempo lezen en erop inspelen.
  • Je bedenkt van tevoren wat opgeschreven moet worden en wat niet.
Nadelen van schriftelijke rapportage
  • Het kost meer tijd dan mondeling rapporteren.
  • Je krijgt geen directe reactie, waardoor je niet zeker bent of de informatie juist overkomt.
Welk doel heeft rapporteren?(meerdere antwoorden mogelijk)

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Waar staat SOAP voor?

Slide 9 - Open question

S van subjectief
O van objectief
A van analyse
P van plan
Ik heb de eindopdracht af (met handtekeningen) en kan deze voor 14 maart inleveren...
JA
Nog kleine dingetjes aanpassen maar kan
Nee

Slide 10 - Poll

This item has no instructions

Check- waar ben je? 
- Observatieplan is goedgekeurd - school 
- Observatie uitgevoerd op stage? of gepland?
- Observatiegegevens meenemen naar school
- Observatie uitwerken 
- Observatie uitwerking/rapportage door praktijk laten beoordelen 

- Eindopdracht onderdeel school + stage volledig afgerond?
- Inleveren op school - uiterlijk 14 maart! 

Slide 11 - Slide

Check ter voorbereiding Methodisch begeleiden Thema 3 

contextuele observatie
is niet de cliënt het middelpunt, maar juist zijn omgeving

intervalobservatie
observeer je op wisselende tijden. Dit doe je aan de hand van je observatiedoel en observatievragen. Je legt vooraf vast wanneer je gaat observeren. Je gebruikt telkens dezelfde middelen en dezelfde methode.

niet-participerend observeren,
 gestructureerde observatie
noem je ook wel extern observeren. Bij deze manier van observeren ben je wel aanwezig in de groep, maar neem je niet deel aan de activiteiten. Je richt je volledig op de observatie
participerend observeren
noem je ook wel intern observeren. Je bent dan actief bezig in de groep, terwijl je meteen ook observeert

vrije  observatie: Bij de vrije observatie werk je zoals altijd met een doel. Maar je observatievragen zijn nog niet concreet.

protocollaire observatie :maak je gebruik van een observatieprotocol en/of observatieschema. In het schema staan de observatiepunten.
Theoretische gedeelte 1 
Pak je pen/papier/laptop erbij voor aantekeningen!!

Houd rekening met elkaar en focus je op de instructie/uitleg!       

Lesmateriaal/ Boek:
Methodisch begeleiden- Thema 3.7 + Communicatie en gedrag -Thema 11

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Aandachtspunten Rapporteren
- Algemene verordening gegevensbescherming(AVG) bepaalt wie er toegang heeft tot deze informatie. 
Elke organisatie moet een protocol hebben waarbij ze rekening houden met de privacy van de cliënt. De cliënt mag altijd zijn/haar rapportage inzien.
---Betrokkenen? Ouders? Als de cliënt onder de 16 jaar is, inzage. 
---Boven de 16 jaar? Met medeweten/ toestemming cliënt.

Aandachtspunten rapportage: 

Stap 1 : Bepaal het doel (aan wie, overdracht intern?)  
Stap 2:  Orden de gegevens- De informatie is van belang voor degene die je informeert.  Maak een keuze tussen letterlijk en gedetailleerd beschrijven of samenvatten. 
Stap 3: Maak een schriftelijk verslag met de volgende punten: 
- Aanleiding: waarom dit verslag                                                    - Samenvatting - wat heb je geconstateerd/gezien? 
- Doel: Wat wil je met het verslag bereiken                                - Conclusie- Wat zijn de (vervolg)acties? 
- Kern: Beschrijf de gebeurtenis/ observatie  
Boek: Communicatie, Thema 11.4 + 11.5

Slide 13 - Slide

Sta stil bij het berip relevantie- wat betekent dit... 

SOAP Methode 
Voor het rapporteren kun je gebruik maken van de SOAP methode. 
Dit hoeft uiteraard niet. Overleg hiervoor met je organisatie/BPV plek. 


De letters van SOAP staan voor:
  1. S = Subjectief (de informatie van de cliënt of naastbetrokkenen) - voorbeeld boek-
    Danny zegt dat hij gepest wordt door heel de groep. 
  2. O = Objectief (wat jij als professional hebt waargenomen)
    Ik zag dat Danny een verbaal conflict had met Ivan.
  3. A = Analyse (wat jij denkt dat er aan de hand is op basis van S en O)
      Danny is wat gevoelig, omdat hij op school veel gepest is, nu was er het conflict met Ivan, maar niet met de rest van de groep.
   4. P = Plan (de actie die je onderneemt op basis van S, O en A).
    Ik ga met Danny in gesprek om hem te laten inzien dat hij geaccepteerd is door de groep, maar ook dat er altijd conflicten
    kunnen ontstaan als je dingen samen doet. 

Boek: Communicatie, Thema 11.4 +11.5

Slide 14 - Slide

Sta stil bij het berip relevantie- wat betekent dit... 

Welke valkuilen kun je hebben
bij het observeren?

Slide 15 - Mind map

This item has no instructions

Wie is de moordenaar??
Steek je hand hand op! 

- Meisje???

- Jongen??? 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wie is de moordenaar??

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Valkuilen observeren 
- In les 2 hebben we het kort gehad over factoren die van invloed kunnen zijn op de observatie. 
We zoomen in deze les in op valkuilen die je kunt hebben. 
Eenieder heeft deze valkuilen in minder of meerdere mate, dat is menselijk.... maar wees je er bewust van!
X iedereen heeft een eerste indruk, wees je hiervan bewust in  bijv. je sollicitatie 

x Persoonlijke factoren (stemming, zelfbeeld, emotionele betrokkenheid, vooroordelen, stereotypering, Halo- horn, Horn-effect) 

Laten we de volgende dia's inzoomen op de begrippen. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Welke plant zou je eerder cadeau geven? 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Halo- effect versus Horn effect 
Halo- effect
- Als één positief element overheerst en je daarop iemand 
helemaal beoordeeld. Je bent niet meer objectief. 
Termen: Lief, Mooi, Altijd zo vriendelijk 

Horn-effect 
- Als één negatief element overheerst en je daarop iemand 
helemaal beoordeeld. Je bent niet meer objectief. 
Termen: slecht, gemeen, lui 

Iemand een voorbeeld?? 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Stemming & projectie
Stemming: 
- Je bent met een verkeerd been uit bed gestapt. Die dag sta je op de groep.
Je gaat een client observeren maar neemt je eigen ''bui'' mee in de observatie. Je let meer op de dingen die niet goed gaan i.p.v. op de dingen die wel goed gaan.

Projectie 
- Je gaat een jongere begeleiden tijdens zijn sportactiviteit. Je herkent veel van jezelf toen jij ook puber was. Deze eigenschappen die je herkent in jouw ''jongere ik'' vind je niet oké en je wilt hem/haar behoeden voor fouten. Hierdoor denk je dat jouw manier op dat moment de beste is. 
Je projecteert als het ware je eigen ervaringen en eigenschappen op iemand anders. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Emotionele betrokkenheid 
Als begeleider/hulpverlener ben ''jij'' het instrument. 
Het is daarom erg belangrijk dat je alert bent op afstand- nabijheid. 
Ben je een begeleider? of een ''mattie''? De komende jaren/tijdens je opleiding ga je hierin steeds meer het verschil kunnen maken. 

In je werk kom je gegarandeerd een keer of meerdere keren cliënten tegen die iets met je doen.
De valkuil bij veel begeleiders ''redder'' zijn en ''overnemen''.
Ben je te emotioneel betrokken bespreek dit dan ook altijd met je collega's. 
Jouw emotionele betrokkenheid kan uiteindelijk gevolgen hebben voor je observatie of je begeleiding en niet altijd ten goede komen van de client. 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Stereotypes en vooroordelen

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

Korte oefening: bespreek met je buurman/buurvrouw met welke vooroordelen/ stereotyperingen je wel eens te maken hebt gehad? 
Opdracht 

Slide 26 - Slide

Kijk even welke groep je voor je neus hebt. 
Soms kun je dit klassikaal doen, soms niet. 
Maak hier je eigen keuzes in. 
Selffulfilling prophecy 
Bij een selffulfilling prophecy heb je een aanname (deze kan positief of negatief zijn) en omdat je daarin gelooft en ernaar handelt, komt deze nog uit ook. 

Voorbeeld: 
-Je gaat naar een feestje waar je niemand kent met de gedachte ''ze vinden me toch niet leuk, ik ken niemand en heb geen zin''. 
Je komt op het feestje met een gesloten chagrijnige houding, mensen stappen niet op je af of vinden dit zelf spannend en je voorspelling komt uit. 

-Je gaat naar een sollicitatie met de gedachte ''ik wordt toch niet aangenomen, ze moeten altijd mij hebben''. 
Ipv dat je met een zelfverzekerde houding en lach binnenstapt (ook al voel je dit misschien niet zo) stap je naar binnen met hangende schouders en kijk je de persoon niet aan. De voorspelling komt uit. 

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Eerste indruk? Wist je datjes! 
Wist je dat : 
  • De eerste 30 seconden bepalend kunnen zijn in de sollicitatie. Dus hoe je binnenkomt, je lichaamstaal en handruk. 
  • Binnen de eerst 2 minuten iemand een indruk van je heeft en deze van invloed kan zijn op of ze je wel of niet geschikt vinden voor een functie 
  • Je door positief tegen jezelf te praten, je je lichaamstaal kunt beinvloeden.... Geef jezelf complimentjes-- you're worth it! 
  • Je kunt je lichaamstaal veranderen om het vertrouwen van anderen in jou te vergroten. Meer glimlachen, naar voren leunen, mensen in de ogen kijken en de lichaamstaal van de ander nabootsen werken goed.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Zelfstandig werken 
Dit betekent: 
- Stilte in de klas
- Fluisteren bij overleg
- Vragen? Steek je hand op! De docent loopt rond 
- Muziek in oortjes mag 

Oefening-  Maak leeractiviteit 5 - individueel 
Na 10 minuten bespreken we deze klassikaal 

timer
10:00

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting + Lesdoelen check 
Aan het einde van deze les kun jij:
- Benoemen welke valkuilen er zijn bij het observeren. 
- Uitleggen in je eigen woorden wat de begrippen: Halo-effect, Horn-effect, vooroordeel, selffulfilling prophecy, projectie, emotionele betrokkenheid betekenen 

- Uitleggen welke leeropbrengsten je hebt behaald met deze lessenreeks (deel 2) 
- De opgedane theorie en vaardigheden van de afgelopen weken rondom observeren, signaleren, rapporteren toepassen in praktijksituaties.  (deel 2) 










Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Programma- vandaag 

Deel 2 (45 min.)
  • Lesdoelen- deel 2 
  • Onderwerpen die aan bod zijn gekomen - check 
  • Evaluatie lessenreeks/vak - leeropbrengst 
  • Vooruitblik en vragenronde 
  • Afsluiting 

Le
Lesuren: 3 (45 min x 3) 
Lesweken : 6
Boek: Methodisch werken Thema 3
Afsluiting: Eindopdracht school + BPV

Slide 32 - Slide

Deel 1: 90 min (2 x45 min)

Welkom en AWR 5 
Energizer 5 
Programma doornemen 3 
lesdoelen 2
algemene planning 5
---------------------------------------20 min 

Terugblik en check------------------10 min 

Theoretisch gedeelte 1 - 45 min 

Leeractiviteit 5-------------10 min (niet af?? neem dit mee naar volgende week!) 

Afsluiting lesdoelen----------------- 10 min 
 ---------------------------------------------
90 min. Totaal 


Deel 2:  
Geen stage? of geen rapportage bij zich? Studenten doen dit tijdens HWB. En kunnen aan de slag met de leeractiviteiten.  --------------------45 min 


 Lesdoelen 
- Uitleggen welke leeropbrengsten je hebt behaald met deze lessenreeks (deel 2)
- De opgedane theorie en vaardigheden van de afgelopen weken rondom observeren, signaleren, rapporteren toepassen in praktijksituaties. (deel 2) 

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Aantal onderwerpen uit de lessenreeks 
- Observeren, signaleren, rapporteren, waarnemen, interpreteren
- Observatiemethoden (gestructureerde observatie, interval observatie, contextuele observatie, protocollaire observatie, vrije observatie) 
- Observatietechnieken (participerend/ niet-participerend) 
- Analyseren, ordenen, objectief en subjectief 
- Objectief / subjectief 
- Projectie, halo-effect, horn-effect 
- Aanleiding van observeren 
- Observatiedoelen 
 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Korte kennischeck- wat weet je nog? 

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van een subjectieve observatie?
A
'De cliënt eet zijn bord leeg.'
B
'De patiënt haalt zijn wenkbrauwen op.'
C
'De patiënt is snel boos.'
D
'De patiënt huilt.'

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Bij een niet participerende observatie.......
A
Observeer je midden in de situatie
B
Observeer je de situatie van een afstand

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

1. Welke methode kun je het beste toepassen wanneer de observatievragen nog niet concreet zijn?
A
Vrije observatie
B
Gestructureerde observatie
C
Intervalobservatie
D
Contextuele observatie

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Waar of niet waar?
Bij een participerende observatie ben je deelnemer tijdens de activiteit
A
Waar
B
Niet waar

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Waarnemen doe je..........
A
Altijd en onbewust
B
Doelgericht en Specifiek

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

Observatie of interpretatie: Jongetje heeft chocola gepikt
A
Interpretatie
B
Observatie

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Observeren doe je..............
A
in elke situatie
B
zonder voorop gestelde doelen
C
met voorop gestelde doelen
D
de gehele dag

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Objectief of subjectief: zijn mondje en handen zitten vol met chocola
A
objectief
B
subjectief

Slide 43 - Quiz

This item has no instructions

Evalueren vak, lessenreeks, lessen docent 

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Wat is je het meest
bijgebleven van dit vak
(qua kennis/theorie)?

Slide 45 - Mind map

This item has no instructions

Evaluatieformulier individueel via forms of formulier
(Plak hier de evaluatielink van je forms) 

Of

deel de papieren evaluatieformulieren uit van de studenten! 

Slide 46 - Slide

Individueel evalueren zodat je zo goed mogelijk zicht krijgt op de lessen 
Vooruitblik + vragen?? 
- Laatste les- volgende week: bufferweek
- Let op! herkansing inleveren uiterlijk 
11 april- TIP! Maak de herkansing in de 
bufferweek dan ben je meteen daarna klaar

- Week 25 maart! Participatie (deel 2 van beginsituatie) start! 

VRAGEN???? 

Slide 47 - Slide

Individueel evalueren zodat je zo goed mogelijk zicht krijgt op de lessen 
 Lesdoelen check met de klas 
- Uitleggen welke leeropbrengsten je hebt behaald met deze lessenreeks (deel 2)
- De opgedane theorie en vaardigheden van de afgelopen weken rondom observeren, signaleren, rapporteren toepassen in praktijksituaties. (deel 2) 

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Slide 49 - Slide

This item has no instructions