Jan 17 pitfalls con.

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Welcome CB3A

English class

Startklaar

• Telefoon in het Zakkie (voor binnenkomst)
• Op je plek zitten 
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel: gesloten laptop, boek A, map en pen (etui)
• Inloggen in LessonUp alvast en zet je laptop opzij!

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.

Klassen afspraken/ Classroom rules

1. Ik ben stil wanneer de docent spreekt of iets uitlegt.
2. Ik toon respect naar mijn klasgenoten en docent, en zij ook naar mij.
3. Ik luister naar de docent en volgt de instructie van de docent.
4. Op mijn laptop ben ik alleen bezig met opdrachten voor de les.
5. Ik ben actief bezig met de les en als ik een vraag heb steek ik mijn vinger op.

Afspraken niet nakomen: 2x waarschuwing --> 3e is eruit en terugkomen na de les voor gesprek.

Vorige les

• Pitfalls
• What are pitfalls?
• Name a few 'pitfalls'.

Pitfalls (valkuilen)

• your, you're
• its, it's
• whose, who's
• their, they're, there

• Deze woorden worden vaak door elkaar gebruikt omdat ze veel op elkaar lijken.
• Dit zijn veelgemaakte fouten. 

Pitfalls - Recap quiz

• 1. The dog wagged ___ tail happily when it saw its owner.
  
• a) it’s         b) its
• 2. ___ going to love this surprise party!
  
• a) Your     b) You’re
• 3. Is that jacket ___, or did you borrow it from someone?
  
• a) your     b) you’re

Pitfalls - Recap quiz

• The students left ___ books on the desks after class.
• a) there
• b) their
• c) they’re

• The keys are over ___ by the coffee machine.
• a) there
• b) their
• c) they’re

Pitfalls - Recap quiz

• Do you know ___ car is parked outside?
• a) whose
• b) who’s

• The kitten found ___ favorite toy under the couch.
• a) it’s
• b) its

Lesson goals

By end of this class:

1. I know what pitfalls are and can avoid them in a sentence.

What are you going to do?

1. Interactive: Pitfalls explanation & taking notes, & quiz.
2. Pitfalls exercises
3. Work independently: English Essential
4. Show what you learn!

Interactief oefenen gedragsregels

• Uitleg en aantekening maken daarna oefenen
• Je bent alleen in LessonUp, geen andere site;
• Eigen naam gebruiken;
• Je geeft antwoord zo snel mogelijk; 20 sec
• Je focus op de taak en volgt instructie;

Pitfalls / valkuilen

• to / too / two
• were / we're / where
• then / than

to - too - two

• TO = naar (toe) of om te of aan (iemand).
• We are going on holiday to Canada next year.
• TOO = te. Zoals in "te veel" of "te klein". Of ook.
• I liked that movie, too.
• TWO = twee.
• She have two phones.

Pitfalls: to, too, two
This is my first visit .................. Australia.

Pitfalls: to, too, two
The teacher gives us ........... homework.

Pitfalls: to, too, two
May I borrow this book for a week or ...............?

were - we're - where

• WERE = was of waren.  
• My friends were really happy.
• WE'RE is een verkorte vorm van we are (=wij zijn).
• We're at school right now.
• WHERE = waar.
• I don't know where my pens are.

Pitfalls: where, we're, were
................. having toast for breakfast.

Pitfalls: where, we're, were
.................... have you been?

Pitfalls: where, we're, were
The children ................ playing computer games last night.

then - than

• Then = toen of daarna. Je gebruikt het bij "tijd".
• First I studied for my test, then I went outside for a walk.
• Than = dan. Je gebruikt het bij vergelijkingen.
• Your phone is smaller than mine.

Pitfalls: then, than
He likes English better .................. maths.

Pitfalls: then, than
My brother is younger .............. me.

Pitfalls: then, than
Let him finish his homework, ................ we'll go.

Pitfalls oefenen

Wat: Pitfalls oefening maken

Hoe:  individueel --> 5 min. in stilte

         Duo's --> antwoorden bespreken na 5 minuten (fluistertoon)

Tijd: 10 minuten                Hulp: aantekeningen, docent

Klaar?: English Essential maken

Resultaat: klassikaal bespreken

Nabespreking

Exercise 1

1. too , to
2. to
3. too, to
4. two
5. to, to, too

Exercise 2

1. where
2. were
3. we're
4. were
5. where

Exercise 3

1. than
2. then
3. than
4. then

Reading skills practice

• English essential (somtoday --> leermiddelen)
•  3x  lees (reading) oefening maken
• Individueel
• Klaar?: 3x listening, 3x grammar 

Pitfalls exit ticket

Correct the sentences with the mistakes:

1. We go too the supermarkt.
2. I sent a postcard to my cousin.
3. Were do you keep your books?
4. I went to school first than I went to the library.
5. We're already at the restaurant and ate too much.

Lesson goals

• I know what are pitfalls.
• I can avoid pitfalls in sentences.

Jan 17 pitfalls con.

Where, Were, We're

Where -> betekent waar (vragend voornaamwoord)

Were -> verleden tijd voor 'to be'

We're -> verkorte vorm van "we are"