Consumptie - week 2

Schaarste en welvaart

3 MHV

Pak het rekenstencil, studieplanner, schriftje en een pen voor je.

timer

2:00

1 / 22

Slide 1: Slide

EconomieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with text slides.

Lesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Schaarste en welvaart

3 MHV

Pak het rekenstencil, studieplanner, schriftje en een pen voor je.

timer

2:00

Slide 1 - Slide

Planning

Terugblik vorige les
Leerdoelen
Uitleg
Opdrachten maken
Terugblik leerdoelen

Slide 2 - Slide

Terugblik vorige les

3 soorten procentsommen, welke?
Voorbeelden procentsommen (bijvoorbeeld 7, 10 en 13)
Indexcijfers

Slide 3 - Slide

Terugblik procenten

Som 7, 9, 10, 11, 13 en 14 samen (6 leerlingen doen voor op het bord)

Bij de (nieuw-oud)-sommen is het getal na het woordje ''dan'' altijd ''oud''
Schrijf achter je uitkomst wat je hebt berekend: koeien/appels/paarden/procenten/euro's?
Goed lezen bij vraag 7, 10 en 13

Slide 4 - Slide

Wat ga ik leren?

Na afloop van deze les kan/ken ik ...

... het verschil aangeven tussen primaire en secundaire behoeften
... uitleggen wat economie is
... het verschil uitleggen tussen gebruiks- en verbruiksgoederen
... uitleggen wat het verschil is tussen schaarse goederen en vrije goederen
... uitleggen wat welvaart is

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Bestudeerde theorie

Behoeften?
Goederen en diensten?
Verbruiks- en gebruiksgoederen?
Verbruiksgoederen gaan op (1x gebruiken) en gebruiksgoederen gaan langer dan 1x mee.

Slide 7 - Slide

Indexcijfers (aantekening)

Slide 8 - Slide

Schaarste

We hebben nooit voldoende productiemiddelen om al onze behoeften te vervullen. Er is sprake van schaarste.
Schaarse goederen zijn producten waarvoor je een productiemiddel (productiefactor) moet opofferen om het te kunnen maken.
Hoe meer je voor iets moet opofferen, dus hoe schaarser het is, des te duurder het product.

Slide 9 - Slide

Schaarse en vrije goederen

Schaarse goederen zijn goederen waarvoor wel productiemiddelen zijn opgeofferd
Vrije goederen zijn goederen waarvoor geen productiemiddelen moeten worden opgeofferd

Slide 10 - Slide

Zeldzaam....

Als iets weinig voorkomt,

noemen we dat zeldzaam.

Slide 11 - Slide

Welvaart (1)

Als je wilt kijken of het goed gaat met de inwoners van een land, kijk je naar twee begrippen:

Welvaart
Welzijn

Met welvaart bedoelen we hoe goed je met jouw middelen in je behoeften kunt voorzien. Als je veel van jouw behoeften kunt vervullen, heb je een hoge welvaart.

Slide 12 - Slide

Welvaart (2)

We kunnen het begrip welvaart nog onderverdelen in:

Welvaart in enge zin --> er wordt dan alleen gekeken naar behoeftevervulling door je koopkracht (dus hoeveel producten kan ik kopen met mijn inkomen?)
Welvaart in ruime zin --> we kijken dan ook naar vervulling van behoeften zoals vrije tijd, goed milieu en gezondheid

Slide 13 - Slide

Welvaart (3)

Welzijn is dus de mate waarin je je gelukkig voelt (geluk, liefde)

Slide 14 - Slide

Welvaart (4)

Welvaart kun je meten door de volgende zaken te bekijken:

1. Inkomen per hoofd van de bevolking

2. Verdeling van het inkomen over de bevolking (gelijk of ongelijk?)

3. Hoogte van de prijzen (o.a. inflatie)

4. Kwaliteit onderwijs

5. Kwaliteit gezondheidszorg

Slide 15 - Slide

Welvaart (5)

Het is niet eerlijk om welvaart te vergelijken door alleen te kijken naar het inkomen per hoofd van de bevolking. Daarom is er een HDI (Human-Development-Index) gemaakt. Daarbij wordt ook gekeken naar de levensduurverwachting (hoelang leef je) en de gemiddelde opleidingsduur van de bevolking.

Slide 16 - Slide

Voorbeeld HDI

Slide 17 - Slide

Belangrijk!

Welvaart neemt toe als schaarste afneemt. En welvaart daalt als schaarste toeneemt.

Denk er eens over na!

Slide 18 - Slide

Oefenen

Rood: maken opdrachten 1.22 t/m 1.25
Wit/Blauw: maken opdrachten 1.11 t/m 1.14
Klaar? Ga verder met de rekenstencil.

timer

20:00

Slide 19 - Slide

Wat heb ik geleerd?

Na afloop van deze les kan/ken ik ...

... het verschil aangeven tussen primaire en secundaire behoeften
... uitleggen wat economie is
... het verschil uitleggen tussen gebruiks- en verbruiksgoederen
... uitleggen wat het verschil is tussen schaarse goederen en vrije goederen
... uitleggen wat welvaart is

Slide 20 - Slide

Voor de volgende les

Afmaken rekenstencil
Wit/blauw 1.11/tm 1.14
Rood 1.22 tm 1.25
Einddoelen en periodedoelen instellen

Slide 21 - Slide

Einddoelen en periodedoelen

Einddoelen

Rood: Economie stroom 2
Wit/Blauw: Economie stroom 3

Begindatum: 01-08-2020 en einddatum 01-08-2022

Periodedoelen:

Rood: Economie stroom 2 - Consumeren
Wit/Blauw: Economie stroom 3 - Schaarste en ruil

Begindatum: 01-08-2020 en einddatum 01-08-2023

Slide 22 - Slide

Consumptie - week 2

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

More lessons like this

Consumptie - week 2 Rood

Behoeften

1.1 Je moet keuzes maken!

H1.2 Hoe word je beïnvloed?

1.1 Waar heb jij behoefte aan?

1.1 Schaarste

§1.3 Wil je welvaart of welzijn?

1.3 Wil je welvaart of welzijn?