6. Spider-Man - WEET-werkwoorden oefentoets



1 / 16
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson



Slide 1 - Slide

GOALS:
 - ontdekken of je de WEET-werkwoorden (moeilijker) goed genoeg kent
- oefenen: PAST SIMPLE en PAST CONTINUOUS
- Stap 1 en 2 van de TASK is af

Slide 2 - Slide

WEET-werkwoorden

Maak de oefentoets
Je hebt 10 minuten de tijd


Slide 3 - Slide

Samen nakijken

Slide 4 - Slide

be - was / were - been
do - did - done
go - went - gone
take - took - taken
give - gave - given
find - found - found 

know - knew - known 
feel - felt - felt 
sleep - slept - slept
hear - heard - heard
read - read - read
have - had - had


Slide 5 - Slide


run - ran - run
sit - sat - sat  
fall - fell - fallen 
lose - lost - lost 
can - could - could  


come - came - come
hurt - hurt - hurt
fly - flew - flown
hit - hit - hit
fight - fought - fought 

Slide 6 - Slide

TASK

tenminste 5 zinnen waarin je de PAST SIMPLE of 
de PAST CONTINUOUS goed gebruikt

Slide 7 - Slide

PAST SIMPLE 
Iets is in het verleden gebeurd.

Me and my friend saw the new Spider-Man film yesterday.
I watched it for the second time. 

Slide 8 - Slide

Regelmatige werkwoorden


hele werkwoord + ED

play - PLAYED
work - WORKED
Onregelmatige werkwoorden 

Ieder werkwoord heeft een eigen verleden tijd vorm.

UIT JE HOOFD LEREN

go - WENT
take - TOOK 

Slide 9 - Slide

PAST CONTINUOUS
Iets was in het verleden even aan de gang

When we were watching the film I spilled my popcorn on the floor.

Slide 10 - Slide

WAS (I - he - she - it)
OF
WERE (alle meervoud en YOU)

WW+ ing

Slide 11 - Slide

I . . . (sleep) when the phone . . (ring).
A
slept - was ringing
B
was sleeping - rang

Slide 12 - Quiz

You . . (be) late when we . . (play) a match.
A
were - were playing
B
were being - played

Slide 13 - Quiz

TASK - stap 1
Wat zou je het allerliefste willen?
Welke superkracht heb je daarvoor nodig?
Wat kun je met je superkracht doen?

Slide 14 - Slide

TASK - stap 2
Waar was je?
Wat was je aan het doen?
Hoe voelde je je?
Wat gebeurde er?
Hoe voel je je nu?




Slide 15 - Slide

SUPERPOWERS
invisibility
superstrength
timetravel
night vision
superheat 
superspeed 
mindreading


Slide 16 - Slide