Reading - Unit 4 - Lesson 2 - Part 1

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Welcome

What do you do if you don't know a word?

GOALS

GOAL:

• I know how to use a dictionary.

Tuesday --> US Elections

Woordenboek

Hoe 'lees' je een woordenboek. 

1. Het woord dat je moet opzoeken.
2. De uitspraak van het woord. 
3. Het aantal woordsoorten wordt aangeven, in dit geval 2, zowel een zelfstandig naamwoord als een werkwoord.
4. Woordsoort zoals bijvoorbeeld zelfstandig nw, werkwoord, bijvoeglijk naamwoor.
5. Hier vul je het woord in dat je hebt opgezocht.
6. Voorbeelden in het Engels worden schuingedrukt. 

Hoe gebruik je een woordenboek? 

Tips:

• De woorden staan op alfabetische volgorde.
• Gebruik de gidswoorden boven aan. Deze geven het 1e woord en het laatste woord van die pagina aan en helpen je beter zoeken naar het woord. 
• Bedenk welke vertaling het meest logisch in de zin is.
• Zoek naar de stam van het woord: zie volgende pagina.

Stam van het woord

It was extremely  cold outside.     >   stam = extreme

She loved her new phone.            >   stam = love

That is unfair.                              >   stam = fair  

They are talking  too much.          >   stam = talk

We went home after class            >   stam = go

1

2

3

4

5

6

7

8

9

abandon

abominable

afternoon

agency

airport 

airship

ahead

ashtonishing 

astronomy

Woordenboek

• Bekijk eerst of je de betekenis kunt raden door de andere woorden.


• Bekijk of het woord op een ander woord lijkt.
• Zoek het basiswoord. (slow ipv slowly, extend ipv extended)
• Let op :Er staan vaak meerdere betekenissen. 
• Oefen met het woordenboek dat je op je examen gaat gebruiken.

zoek de betekenis op van het woord
to provide

zoek de betekenis op van het woord
punished

zoek de betekenis op van het woord
pavement?

Ga nu aan de slag met:

Unit 4 Lesson 2 

Opdracht 1 t/m 4

Huiswerk --> 

Beantwoord de volgende vragen op een blaadje:

1. Hoe vaak worden de Amerikaanse verkiezingen gehouden?
2. Noem één van de grote partijen in de VS.
3. Hoe weet je wie er wint in de verkiezingen?
4. Wat is het "magische getal" van kiespersonen dat een kandidaat moet halen om president te worden?