In 1818 was Carlo een jaar of 12 en leefde op een plantage dichtbij Willemstad. Zijn taak was om schapen te hoeden. Plots duiken er een hoop roofvogels op en pikken een lammetje dood. Door deze gebeurtenis zal Carlo verschrikkelijk gestraft worden.
Carlo vlucht maar wordt door een andere plantagebeheerder teruggebracht naar zijn oorspronkelijke plantage.
Carlo wordt vastgebonden en geslagen met een stok totdat deze breekt. Drie andere slaven moeten hem te lijf gaan met twijgen die voelen als zweepslagen.
Carlo heeft open wonden en deze raken geïnfecteerd. 6 dagen na zijn martelingen wordt hij hiervoor naar de genezer gebracht. Enkele dagen later overlijdt hij.
Carlo was 12 en zijn leven stond onder dat van een lam.