- Werk samen met je buurman of buurvrouw.
- Maak een lijst met de regels van de past simple. Zet hierin:
1. Wanneer je deze tijd moet gebruiken
2. Hoe je positieve zinnen moet maken
3. Hoe je negatieve zinnen moet maken
4. Hoe je vragende zinnen moet maken
Ben zo compleet mogelijk en geef voorbeelden bij ieder punt.
klaar? lever in bij de docent.