Zakelijke E-mail

Nederlands
Het schrijven van een zakelijke e-mail
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3,4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Nederlands
Het schrijven van een zakelijke e-mail

Slide 1 - Slide

Zakelijke e-mail

Slide 2 - Slide

Uit welke twee onderdelen bestaat het examen Nederlands?

Slide 3 - Open question

Hoeveel schrijfopdrachten moet je kennen voor het examen?

Slide 4 - Open question

Welke schrijfopdrachten kunnen op het examen komen?
A
brief e-mail en artikel
B
Zakelijke email en zakelijke brief en artikel
C
Recept, nieuwsbericht of mail
D
Persoonlijke brief, persoonlijke mail en artikel

Slide 5 - Quiz

Over welke schrijfopdracht heb je nog GEEN uitleg gehad?

Slide 6 - Open question

Conventies (regels) zakelijke e-mail

  • Aan:
  • Onderwerp:
  • Aanhef                  (Geachte heer/mevrouw,)
  • Inleiding               (Mijn naam is.............)
  • Kern                        (Vertel waar je e-mail over gaat (minimaal 3 zinnen)
  • Slot                          (Vertel wat je graag zou willen) 
  • Slotformule         (Met vriendelijke groet, )
  • Jouw naam   
  • In totaal minimaal 100 woorden, tel dus de woorden. (tip. zet voor elke zin het aantal woorden)

Slide 7 - Slide

De start
  • Vul het e-mailadres in
  • Wat is BCC en CC?
  • Vul de onderwerpsregel in  (kort en bondig)

Slide 8 - Slide

Aanhef
Geachte mevrouw Sluis,
Geachte mevrouw Sluis - van Wiel,

Geachte mevrouw De Waag - Dekkers,
Geachte mevrouw A. de Waag - Dekkers,

Geachte heer A. Wagemakers,
Geachte heer Wagemakers,

Geachte heer Van 't Lam,
Geachte heer E. van 't Lam,

Slide 9 - Slide

De inleidende zin
  • In de inleidende zin vertel je altijd waarom je de e-mail schrijft.
  • Als in de opdracht staat dat je jezelf moet voorstellen, dan doe je dat ook in de inleidende zin.

Slide 10 - Slide

Het middenstuk
  • Je zakelijke e-mail bestaat altijd uit minimaal twee alinea's in het middenstuk 
  • In deze alinea's beschrijf je de meeste verplichte punten uit de opdracht 
  • Maak gebruik van de situatiebeschrijving om de verplichte punten te verwerken 
  • Staat de info niet in de situatieomschrijving? Bedenk het dan zelf! 
  • Beschrijf deze punten kort en bondig 
  • Gebruik makkelijke taal! Zo voorkom je spelfouten. Moet wel formeel blijven.

Slide 11 - Slide

Afsluitende zin
In de afsluitende zin sluit je de e-mail netjes af. Je kan hier vaak het laatste verplichte punt voor gebruiken.
  • Ik hoop spoedig van u te horen.
  • Ik ontvang graag snel een reactie.
  • Ik vraag u om binnen twee weken te reageren.

Slide 12 - Slide

Slotformule en naam
Gebruik een van de twee slotformules:
  • Met vriendelijke groet,
  • Hoogachtend,
Soms staat in de opdracht welke slotformule je kan gebruiken.

Sluit af met je voornaam en achternaam.

Slide 13 - Slide

Hoofdletters en andere leestekens
  • Je voor- en achternaam beginnen met hoofdletters
  • Namen van steden, landen, merken: met hoofdletters
  • na de aanhef een komma
  • Na de afsluiting een komma



Slide 14 - Slide

Gebruik leestekens!
  • Als je een lange zin schrijft, gebruik dan leestekens (komma etc)
  • Als je een vraag stelt, zet er het leesteken ? achter.
  • Vergeet de punten niet, aan het einde van een zin.



Slide 15 - Slide

Opdracht
Je krijgt een opdracht voor een zakelijke e-mail. 

Je maakt de opdracht van het stencil.
Stuur de e-mail naar: e.dejong@lindecollege.nl
Klaar? Verder werken aan je project 

Slide 16 - Slide