Oefenopdracht H8

Oefenopdracht
Zuid-Amerika

Veel succes!
1 / 33
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Oefenopdracht
Zuid-Amerika

Veel succes!

Slide 1 - Slide

Waar ligt Brazilië?
Brazilie

Slide 2 - Drag question

Wat is de top 5 grootste landen van de wereld?
Rusland
China
Canada

VS

Brazilie
1
2
3
4
5

Slide 3 - Drag question

Brasilia
São Paulo
Rio de Janeiro

Slide 4 - Drag question

Brazilië, 
Guyana
Colombia
Equador
Paraguay
Bolivia, 
Argentinië
Uruguay,
Venuzuala

Slide 5 - Drag question

Sleep de foto's naar de juiste landschap gebieden.

Slide 6 - Drag question


A
B
C
D
Bekijk de bron!
Waar wonen 
weinig mensen?
A
Noord-Oosten.
B
Zuid-Westen.
C
Noord-Westen.
D
Zuid-Oosten.

Slide 7 - Quiz


Uit welk van de vier Braziliaanse landschappen verhuizen de meeste
mensen en waarom?

Slide 8 - Open question


Brazilië bestaat uit vier grote landschappen. 
welk landschap wordt steeds populairder bij de boeren en leg ook uit waarom?

Slide 9 - Open question

Waar vind je de armen en de rijken in een stad?
Rijken
Middenklasse
Armen

Slide 10 - Drag question

Waar vind je de armen en de rijken in Brazilië?
Rijken
Middenklasse
Armen

Slide 11 - Drag question


Lees de bron!

Welke twee uitspraken over Brazilië zijn juist?
A
A en E.
B
A en D.
C
B en C.
D
C en E.

Slide 12 - Quiz


Schrijf twee manieren op waarop de regering van Brazilië probeert de problemen van verstedelijking op te lossen?

Slide 13 - Open question


 Zet de nummers van de volgende bevolkingsgroepen in de juiste tijdsvolgorde. Begin bij de bevolkingsgroep die het langst in Brazilië woont. Eindig met de bevolkingsgroep die het kortst in Brazilië woont.

A
2, 3, 1 en 4!
B
3, 1, 4 en 2!
C
3, 1, 2 en 4!
D
1, 3, 2 en 4!

Slide 14 - Quiz


Geef een omschrijving van de volgende begrip: kolonie.

Slide 15 - Open question

Waar wonen de meeste rijke mensen in Brazilië als je kijkt op nationale schaal?

A
in het noordoosten
B
in het noordwesten
C
in het zuidoosten
D
in het zuidwesten

Slide 16 - Quiz

Op welke plek wonen de meeste arme mensen in Brazilië als je kijkt op nationale schaal?

A
in het noordoosten
B
in het noordwesten
C
in het zuidoosten
D
in het zuidwesten

Slide 17 - Quiz

Bekijk de diagrammen

Welke zin is niet juist?

A
In Brazilië zijn de inkomensverschillen groot
B
De middenklasse wordt steeds groter
C
De groep armen wordt steeds kleiner
D
De kloof tussen arm en rijk wordt groter

Slide 18 - Quiz

Leg je antwoord bij vorige vraag uit. Gebruik in je antwoord het begrip middenklasse.

Slide 19 - Open question

Jonge favela's
Oude favela's
Weinig inkomen
Geen riolering
Meer voorzieningen
Stenen huizen
redelijk 
inkomen

Slide 20 - Drag question

Noem twee voorbeelden van een locatie die hoort bij de letter A uit de figuur?

Slide 21 - Open question

Noem een voorbeeld van soort woningen die hoort bij de letter C uit de figuur?

Slide 22 - Open question

Formele sector
Informele sector
Vaak in arme landen
Vaak in rijke landen
Iedere maand hetzelfde loon
Elke dag een ander loon
Bij ziekte door betaald
Bij ziek zijn geen geld
Belasting betalen
Niets wordt opgeschreven

Slide 23 - Drag question

Bedenk één verklaring voor het verschil in stratenpatronen tussen beide wijken.

Slide 24 - Open question

Leg het begrip informele sector goed uit en geef hierbij twee voorbeelden?

Slide 25 - Open question


Welke drie beweringen over favela’s zijn waar?

Kijk naar de bron!
A
B, D en E.
B
C, D en E.
C
A, B en C.
D
A, B en D.

Slide 26 - Quiz


Waarom zien sommige groepen het tropische regenwoud als een ongeopende schatkist?
A
B en C
B
A en B
C
C en D
D
A en D

Slide 27 - Quiz

Wat valt je op aan de ontbossing in de afgelopen jaren? Kan je hier ook een reden voor bedenken?


Slide 28 - Open question

Hoe heet het proces waarbij een oceanische plaat onder een continentale plaat schuift?
(klik op foto voor grotere afb.)

Slide 29 - Open question

Als deze platen uit elkaar bewegen, ontstaat er een ...(1)....
Als deze platen naar elkaar toe bewegen, ontstaat er een ...(2)...

Slide 30 - Open question

Wat is het gevolg van deze beweging?
A
Alleen vulkanen
B
Gebergte en aardbevingen zonder vulkanen
C
Alleen aardbevingen
D
Vulkanen en aardbevingen en gebergtevorming

Slide 31 - Quiz

Schuif de plaatbewegingen naar de juiste plaats.

Slide 32 - Drag question

Wat is de motor voor de platentektoniek?
A
Convectiestromen
B
De aardkern
C
De mantel
D
Lava

Slide 33 - Quiz