(1th) H2 de inuit in het poolgebied paragraaf 3 deel 2

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg paragraaf 3: De Inuit in het poolgebied blz. 28/29
  • maken opdracht 5 t/m 8 paragraaf  blz. 30/31
  • Nabespreken paragraaf 3
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • B49
  • B85
  • B86
  • wat de verschillende luchtstreken zijn
  • wat de kenmerken van een loofbos en naaldbos is
1 / 20
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Planning:
  • Introductie
  • Uitleg paragraaf 3: De Inuit in het poolgebied blz. 28/29
  • maken opdracht 5 t/m 8 paragraaf  blz. 30/31
  • Nabespreken paragraaf 3
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • B49
  • B85
  • B86
  • wat de verschillende luchtstreken zijn
  • wat de kenmerken van een loofbos en naaldbos is

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

3

Slide 3 - Video

02:14
welk begrip past bij grond die maar voor een klein deel ontdooit

Slide 4 - Open question

04:15
boodschappen doen in Barrow is goedkoper dan in Nederland
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

05:53
waarom wonen mensen al zo lang in dit gebied

Slide 6 - Open question

aantekeningen

Slide 7 - Slide

luchtstreken
  • gebieden die aangeven hoe warm of koud het daar kan worden
  • dit kan door middel van breedtecirkels of gebieden van gelijke temperatuur met elkaar verbinden door een lijn

Slide 8 - Slide

tropen/tropische zone
  • hele jaar door warm
  • tussen de 23.5 N.B. en de 23.5 Z.B. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

keerkringen
  • 21 Juni langste dag op noordelijk halfrond
  • de zon staat dan loodrecht op de Kreeftskeerkring (23,5 Graden N.B.)
  • december langste dag op zuidelijk halfrond zon staat dan loodrecht op Steenbokskeerkring (23,5 Graden Z.B.)

    Slide 11 - Slide

    gematigde zone
    • tussen de 23.5 en 66.5 N.B. en Z.B.
    • niet te warm of te koud. in winter vriest het weinig en niet lang/vaak 30 graden

    Slide 12 - Slide

    subtropen
    • niet zo warm en vochtig als de tropen
    • warmer dan de gematigde zone
    • minder regen dan beide zones
    • tussen 23.5 en 40° noorderbreedte en 23.5 - 40° zuiderbreedte

    Slide 13 - Slide

    poolstreken/polaire zone
    • vanaf 66.5 N.B. of Z.B.
    • bijna altijd onder de 0 graden
    • in de zomer bijna 24 uur licht
    • in de winter bijna 24 uur donker

    Slide 14 - Slide

    loofbos
    • komt voor in de gematigde , tropische en subtropsiche zone
    • heeft een warme periode van 10+ graden nodig

    Slide 15 - Slide

    naaldbos
    • groeien in het taiga klimaat
    • kunnen tegen -3 graden maar hebben ook een warme (10+) zomer nodig
    • toendra is een mix van naald en loofbos

    Slide 16 - Slide

    zelfstandig werken
    lezen paragraaf 3 De inuit in het poolgebied
    maken opdracht 5 t/m 8 paragraaf 3 H2
    gebruik hierbij:
    • leerboek blz. 28/29
    • werkboek blz. 31/32
    stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken

    Slide 17 - Slide

    polaire zone
    gematigde zone
    subtropen
    tropische zone

    Slide 18 - Drag question

    In welke situatie wordt een groter oppervlakte verwarmd en is de invalshoek groot of klein?
    A
    A - klein
    B
    A - groot
    C
    B - klein
    D
    B - groot

    Slide 19 - Quiz

    Welke drie redenen kan je geven dat de afbeelding een voorbeeld is van een plaats dichtbij de evenaar?
    A
    - Grote invalshoek - Kleine schaduw - Klein oppervlak wordt verwarmd
    B
    - Kleine invalshoek - Kleine schaduw - Klein oppervlak wordt verwarmd
    C
    - Kleine invalshoek - Grote schaduw - Klein oppervlak wordt verwarmd

    Slide 20 - Quiz