This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Ontdek wat domotica is
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Doel van de les
Aan het einde van deze les weet je wat domotica is.
Slide 2 - Slide
Introduceer het doel van de les en leg uit wat er van de studenten verwacht wordt.
Wat weet je al over domotica?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Wat betekent domotica?
Domotica is een samentrekking van de woorden domus (huis) en technologie. Het wordt gebruikt om huishoudelijke apparaten en systemen op afstand te bedienen.
Slide 4 - Slide
Leg de betekenis van domotica uit en leg uit hoe het werkt.
De voordelen van domotica
Domotica biedt voordelen zoals energiebesparing, verhoogd comfort en veiligheid.
Slide 5 - Slide
Leg uit wat de voordelen zijn en hoe het de kwaliteit van leven kan verbeteren.
Voorbeelden van domotica
Voorbeelden van domotica zijn slimme thermostaten, beveiligingssystemen, verlichting en huishoudelijke apparaten zoals koelkasten en wasmachines.
Slide 6 - Slide
Geef enkele voorbeelden van domotica en leg uit hoe ze werken.
Hoe werkt domotica?
Domotica werkt door middel van sensoren en actuatoren die met elkaar communiceren via een centraal systeem. Dit systeem kan worden bediend via een smartphone of tablet.
Slide 7 - Slide
Leg uit hoe de technologie werkt en hoe het kan worden bediend.
De toekomst van domotica
De toekomst van domotica is veelbelovend. Het wordt steeds geavanceerder en kan worden gebruikt in allerlei sectoren, zoals de zorg en het onderwijs.
Slide 8 - Slide
Bespreken hoe domotica zich zal ontwikkelen en wat de toekomstige mogelijkheden zijn.
Domotica in ons dagelijks leven
Domotica is alomtegenwoordig in ons dagelijks leven. Het kan worden gebruikt om ons leven gemakkelijker te maken en onze veiligheid te waarborgen.
Slide 9 - Slide
Leg uit hoe domotica ons dagelijks leven beïnvloedt en hoe het kan worden gebruikt.
Domotica in de praktijk
Laat studenten een opdracht uitvoeren met een domoticasysteem om hun begrip te testen.
Slide 10 - Slide
Geef een praktische opdracht om te testen of de studenten de informatie hebben begrepen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.