K4 Grammatik D+E

1 / 18
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Was machen wir heute?
SO
Grammatik

Slide 2 - Slide

Belangrijk dit hoofdstuk H2
Voorzetsels met de vierde naamval P. 13, 14
Persoonlijke voornaamwoorden in de vierde naamval P. 21
Verschil tussen persoonlijk voornaamwoord en  bezittelijk voornaamwoord P. 22
Vervoeging van werkwoorden met a en e in de stam P. 35
Verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden P. 43
Tijd aangeven P. 43
Gebruik van im, am, um, von … bis P. 43
Kloktijden
Belangrijk dit hoofdstuk V2
De derde naamval P. 12-13
Du of Sie P. 20
Werkwoorden met de derde naamval en werkwoorden met de vierde naamval P. 21
Het persoonlijk voornaamwoord in de derde en de vierde naamval P. 35

Slide 3 - Slide

HAVO

Slide 4 - Slide

Schrijf de juiste vorm in het Duits op:
jij spreekt/loopt
hij spreekt/loopt
wij spreken/lopen
jullie spreken/lopen

Slide 5 - Slide

Was machen wir heute?
Verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden P. 43
Tijd aangeven P. 43
Gebruik van im, am, um, von … bis P. 43
Kloktijden

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Aufgaben Kapitel 4:
Lektion 5: 1, 2, 3, 8, 10, 11

Slide 10 - Slide

VWO

Slide 11 - Slide

Welke werkwoorden horen bij welke naamval?
fragen (vragen)
 danken ((be)danken)
bitten (om iets verzoeken)
gefallen (bevallen)
helfen (helpen)
glauben (geloven)

Slide 12 - Slide

derde naamval

danken ((be)danken)
gefallen (bevallen)
helfen (helpen)
glauben (geloven)
vierde naamval

fragen (vragen)
bitten (om iets verzoeken)

Slide 13 - Slide

Was machen wir heute?
Het persoonlijk voornaamwoord in de derde en de vierde naamval P. 35

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Aufgaben Kapitel 4
Lektion 4: 6, 7
Lektion 5: 1, 2, 7, 8, 9

Slide 17 - Slide

Huiswerk
De opdrachten uit de les afmaken
Woorden van Lektion 3+4 leren.

Slide 18 - Slide