Spelling verkleinwoord

1 / 19
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 6

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoel: Woorden verkleinen

      Partypunt

Slide 2 - Slide

Hoe maak je een verkleinwoord?

Slide 3 - Open question

Let op:
-ng                       -nkje                                             



Korte klank                 dubbele letter +   -etje            

Slide 4 - Slide

Lang klinkende a, e, o, u    verdubbel de klinker + -tje
Autootje
Parapluutje

Slide 5 - Slide

Eindigt op i                -ietje
Taxietje

Slide 6 - Slide

Meervoud        + -s       
Jasjes
Voetjes

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

1.

Slide 9 - Open question

2.

Slide 10 - Open question

3. (Meervoud)

Slide 11 - Open question

4.

Slide 12 - Open question

7.

Slide 13 - Open question

9.

Slide 14 - Open question

10.

Slide 15 - Open question

schrijf de verkleinwoorden op van
bril

Slide 16 - Open question

schrijf het verkleinwoord op van
koningin

Slide 17 - Open question

schrijf het verkleinwoord op van
hond

Slide 18 - Open question

Slide 19 - Slide